"Het kabinet en de Tweede Kamer tonen met de zorgbonus hun dankbaarheid voor al het harde werk dat mensen in de zorg tijdens de coronacrisis hebben verricht".
Zo werd op 25 juni 2020 de zogenaamde "zorgbonus" in het nieuwsbericht van de Rijksoverheid gepresenteerd. Met de bonus zou de overheid de waardering voor de inzet van zorgverleners willen tonen. Waar zat de adder? Was deze bonus echt een blijk van waardering of een ander instrument, verkapt als "bonus"?
De achtergrond van de zorgbonus is te vinden in de beantwoording van de kamervragen over overwerkuren in relatie tot toeslagen (ingezonden op 9 april 2020, schriftelijk beantwoord op 22 juni 2020), zie 2020Z06458. Naar aanleiding van het fiasco met de dienst Toeslagen (o.a. de CAF-affaire), was bezorgdheid ontstaan over het feit dat overuren die gemaakt moesten worden door de overbelasting van de zorgcapaciteit door de verspreiding van het coronavirus in Nederland, tot gevolg zouden hebben dat achteraf teveel ontvangen toeslagen zouden moeten worden terugbetaald.
Nederland kent géén dynamisch toeslagensysteem, waarbij het recht op toeslagen automatisch wordt aangepast aan het aantal gemaakte arbeidsuren. In plaats daarvan wordt het recht op toeslagen achteraf (na afloop van het belastingjaar) berekend en wordt het eventueel "te veel" ontvangen bedrag aan toeslagen teruggevorderd. Meerdere malen is voorgesteld om een dynamisch belastingsysteem in te voeren, zodat de gerechtigde op toeslagen niet in financiële problemen gebracht wordt door wisselende arbeidsovereenkomsten en flexibele inzet van arbeid. De wetgever houdt echter vast aan het statische toeslagensysteem, waarin de werknemer bij wisselende arbeid zélf aan moet geven of er wijzigingen in het inkomen zijn ontstaan.
In de "Verkenning opties ter voorkoming dat overwerk in de coronaperiode leidt tot terugvordering van de toeslagen" is terug te lezen dat géén generieke oplossing in overweging wordt genomen, maar dat de zorgbonus een correctief is op het in het komende belastingjaar terug moeten betalen van eventueel te veel ontvangen toeslagen als gevolg van overbelasting van de zorg door de coronacrisis:
Aanvankelijk bestond onduidelijkheid over de eventuele gevolgen van de "bonus" zelf: zou deze worden belast en ook tot het moeten terugbetalen van toeslagen leiden? Deze dreigende dubbele belasting van zorgverleners is weggenomen door de bonus op een nettobedrag te stellen.
De bonus is geen recht, maar een gunst die inhoudt dat de verantwoordelijkheid voor aanvraag en uitbetaling van de subsidie bij de werkgever van de zorgverlener wordt neergelegd.