zondag 21 januari 2024

Nachtmerries [18:25]

Ik droom iedere nacht dat alles weer normaal is. Dat het is zoals het was, vóór Oud & Nieuw 2022. Ik droom dat ik weer in mijn huis woon, dat de leefomgeving weer leefbaar is en open, zoals bij mijn karakter hoort. Ik droom dat ik nog een familie vorm.

Vaak droom ik dat mijn moeder het heeft over het ziekenhuis en de palliatieve unit; dat ze terugblikt op het verloop richting haar dood, maar dat een ander scenario het verloop heeft veranderd.

Ik droom dat ze op hetzelfde afstevent, maar dat de tijd richting haar acute verlamming wordt uitgesmeerd. We kunnen alles openlijk bespreken, maar krijgen ook conflicten over hoe omgegaan moet worden met uitval. In mijn onderbewustzijn zie ik dat ze eigenwijs is en ontkent dat ze ieder moment fysiek beperkt zal raken, maar ik zie ook dat ze door plotselinge uitval een ongeluk kan krijgen en dat het nog erger afloopt.

Want de dood is niet de ergst denkbare afloop; de ergst denkbare aflopen zijn oud en fragiel worden, een ongeluk krijgen, geen afscheid meer kunnen nemen en zonder naaste doodgaan in alle hardheid van deze samenleving waarin medische spoedzorg niet wordt gewaarborgd. 

Het had niet bij mijn moeder gepast om oud te worden. Het is niet juist dat het op zo'n manier moet verlopen, met hersentumoren en uitgezaaide kanker die voor orgaanuitval zorgt, maar het lag met geen mogelijkheid in de lijn der verwachting dat zij ooit af zou takelen. Dat zou absoluut niet bij haar hebben gepast, om oud te worden en daardoor fysieke gebreken te krijgen. In geen geval was dat een scenario geweest.

Maar ze hield ervan om er te zijn. Ze hield van haar bestaan. Ze wilde nog lang niet dood. Ze was helemaal niet klaar met het leven op aarde. Het is wrang, voor altijd wrang. Het is wrang dat iemand als jonge moeder al kanker krijgt en in totaal 5 keer wordt getroffen door mutaties. Het voelt nog dagelijks als een trap na dat ik hier alleen achter ben gebleven, terwijl zij zo graag nog lol had willen maken. Die mutaties pakken iemand sterke karakter af, ze pakken iemands ervaringen en plezier af. Dat het zo moet eindigen zal ik nooit te verteren vinden. Het is niet "het hoort bij het ouder worden", want het is geen ouderdomsziekte (al zou dat, dan is kanker nog een wrange manier om te gaan). 

Ik kijk niet met afgunst naar mensen die ouder worden en hun ouder(s) nog hebben. Ik voel geen wroeging als ik iemand van in de 40, 50, 60 of zelfs ouder zie of hoor die nog ouders heeft (met wie ze een warme band hebben). Ik denk alleen maar dat het fijn voor ze is als ze nog een referentiekader en morele steun in hun leven hebben.

En die mensen die zichzelf het cliché aanpraten, dat ze dóór moeten na de dood van een naaste: van wie? Dat maken mensen zichzelf wijs. Er is niets positiefs aan achterblijven. Dat heeft niets te maken met rouw; de dood van de belangrijkste persoon in je leven zorgt ervoor dat er niets meer is om naar uit te kijken. Dat is mijn realiteit. Ik ga het niet mooi praten, verlies maakt helemaal niet sterker en is niet leerzaam. Ik heb niemand meer om mee te delen, dat was wat ik het liefst deed. Al het andere kan me gestolen worden. Andere mensen zijn niet belangrijk, reputatie en carrière zijn niet belangrijk, de dagelijkse geneugten zijn niet belangrijk. Er spreekt geen sentiment of pessimisme uit mijn gevoel, ik ben ongepolijst eerlijk en een echte realist. Alleen achterblijven en alleen-zijn is niet iets om voor te leven. 

Ons verhaal kent geen moraal.