donderdag 23 december 2021

Culinaire Kerstkaart: gemak en niet-traditioneel!

Wat als je niet van gevulde kalkoen, gourmet, ovenschotels of driegangendiners houdt? Wat te denken van iets makkelijks of iets niet-traditioneels met kerst? Het eten hoeft niet zwaar of ingewikkeld te zijn!

Denk in plaats van ovenschotels of gourmetschotels en zwaar eten ook eens zelfgemaakte mie, bami, spaghetti, een curry of boerenkool, zuurkool of hutspot. Natuurlijk kan patat ook altijd!

Kookinspiratie: niet-traditioneel gemak voor de feestdagen

Zelfgemaakte mie

Ingrediënten
- 2,5 kilo paarse en gele/witte ui;
- 1 bol gedroogde en 1 bol verse knoflook, geraspt;
- Rode, groene, gele en oranje paprika’s;
- Een groot stuk gember, geraspt;
- 2 bakken kastanjechampignons;
- 2 kleine chilipepers;
-
Specerijen (naar eigen inschatting toe te voegen): cayennepeper, gerookte paprika, kaneel, gemalen komijn, kurkuma;
- Optioneel: kip;
- Optioneel: linguine of spaghetti

Snijd de ui, chilipepers en paprika’s in zo klein mogelijke stukjes. Rasp de knoflook en gember. Verhit olijfolie of een andere bakolie in een pan met gietijzeren bodem of een wok. Bak eerst de ui, knoflook en chilipepers op hoog vuur. Wacht tot het water is verdampt en roer af en toe om te voorkomen dat het mengsel aankoekt. Voeg de specerijen (cayenne, kaneel, komijn, kaneel en kurkuma) naar eigen inschatting toe. Voeg de paprika’s en gember toe als het uienmengsel is geslonken. Haal het mengsel van het vuur als het water van de paprika’s en uien bijna geheel is verdampt en houd het mengsel apart. Verhit boter of olijfolie in een pan en snijd de champignons tijdens het verhitten van het braadvet. Laat het water uit de champignons verdampen. Voeg het uien-, paprika- en pepermengsel toe aan de champignons en geef het geheel de tijd om in te dikken. Spoel een hittebestendig bord met kokend water en droog het bord goed. Laat de kip op kamertemperatuur komen en dep de kip droog met stevig keukenpapier. Bak de kip in zonnebloemolie. Spoel het bord nogmaals met kokend water. Snijd hierop de gebakken kip in stukjes en voeg deze toe aan de uien-, paprika- en champignonmix. Serveer de mie met linguine, mie of spaghetti (afhankelijk van de gewenste dikte!).

 














woensdag 22 december 2021

[Klinische genocide] Om deze redenen is het schandalig als een medisch professional zegt: "Het lijkt wel of er niemand dood mag gaan aan corona"

 "Het lijkt wel of er niemand dood mag gaan aan corona". Het is een veelgehoorde volkse uitspraak die geregeld wordt herkauwd door artsen en andere professionals die de zorg voor COVID-patiënten is toevertrouwd. De lieden die deze uitspraak bewust doen, beogen een tweedeling in de samenleving te stimuleren die bestaat uit "gezond vs. zwak", "oud vs. jong", "dik vs. dun", gevolgd door andere vormen van onnatuurlijke selectie. Met het voortdurend herhalen van de frase dat het vooral de mensen met onderliggend lijden zijn die kwetsbaar zijn voor een ernstig verloop van SARS (pertinent onwaar), is de weg vrijgemaakt voor het acceptabel laten lijken van klinische genocide.

Om deze redenen is het niet acceptabel dat zorgprofessionals de mentaliteit hebben "dat mensen best dood mogen gaan aan COVID, omdat de niet-kwetsbaren veel moeten laten".

Het is bijzonder asociaal dat een medisch professioneel meent namens mijn generatie (de jongere generatie) te kunnen stellen dat "Van ons heel veel wordt gevraagd, terwijl wij geen risico van betekenis zouden lopen". Nog nooit ben ik door iemand (die zulke uitspraken doet) benaderd om van mij te vragen hoe ik over klinische genocide denk. Zijn stem is zeker niet de stem van de jongere generaties, want:

1. Zo'n uitspraak impliceert dat er "niet-kwetsbare" groepen zijn ten aanzien van SARS-CoV-2- en dat is een valse voorstelling van zaken
Sinds het eerste coronavirus, SARS-CoV-1 uit 2003, is alom duidelijk dat SARS-Coronavirussen trombose veroorzaken, een stollingsziekte die er uiteindelijk toe leidt dat organen uitvallen. Ook als mensen heel jong, gezond en sportief zijn, kunnen zij door dit coronavirus schade aan de organen oplopen door microtrombose en fibrose. COVID is in geen enkel opzicht vergelijkbaar met griep of verkoudheid. Het griepvirus, influenza, kan al heel ernstig uitpakken (als mensen zeggen "ik heb een griepje", dan hebben zij géén griep, maar een verkoudheidsvirus). SARS-coronavirussen daarentegen, hebben een ongekende neiging om bloedplaatjes te overactiveren, deze te beschadigen, bloedstolling in de organen op te roepen en het weefsel kapot te maken (Unconventional CD147-dependent platelet activation elicited by SARS-CoV-2 in COVID-19, Journal of Thrombosis and Haemostasis). De schade aan het weefsel wordt "endotheliopathie" genoemd (Endothelial Dysfunction, Inflammation and Oxidative Stress in COVID-19- Mechanisms and Therapeutic Targets, Oxidative Medicine and Cellular Longevity).

Zélfs als er een kern van waarheid in de uitspraak zou zitten dat "jonge mensen geen risico lopen voor SARS", is deze uitspraak onhoudbaar. Jongeren zouden namelijk hun complete DNA moeten kennen om te weten of zij geen extra risico lopen op een ernstig verloop van COVID. Onder meer een mutatie aan de TLR7 is een groot risico voor een slecht verloop van COVID onder jongeren. Een mutatie aan TLR7 hoeft nooit problemen te hebben opgeleverd en kan door een infectie met SARS pas aan het licht komen. Een slechte boodschap, omdat juist COVID het immuunsysteem volledig platlegt (SARS Coronavirus Papain-Like Protease inhibits the TLR7, International Journal of Molecular Sciences 2016 May; 17(5): 678).

2. De druk op de reguliere gezondheidszorg en de IC-zorg is onverminderd onwerkbaar
Al vanaf februari 2020 is het heersende paradigma van de overheid "we moeten met COVID leren leven". Nederland heeft nog nooit adequate maatregelen getroffen en wel omdat het plan "ongecontroleerde verspreiding" door het Ministerie van VWS is aangenomen. COVID zorgt voor exponentiële groei van het aantal zieken via tertiaire infecties en clustervorming van besmettingen.

Met de opmerking "Het lijkt wel of er niemand dood mag gaan aan corona" wordt keihard miskend dat de druk op de reguliere gezondheidszorg en de IC-zorg nu al onwerkbaar is. COVID-patiënten die acuut moeten worden opgenomen, zouden de deur moeten worden gewezen.

3. Het gaat om klinische genocide die als acceptabel wordt voorgeschoteld, op manipulatieve en bedrieglijke wijze
Door schijnbare tegenstellingen te creëren tussen "oud vs jong", "dik vs. dun", "met onderliggend lijden vs. zonder onderliggend lijden", wordt op slinkse wijze ingespeeld op het sentiment: als u gezond bent, dan wordt van u verwacht dat u zich aan enkele maatregelen moet houden om oude, dikke of mensen met immuunproblemen te beschermen. Dit sentiment wordt gevoed door te doen alsof u zich "enórm moet opofferen" om de veiligheid van anderen te garanderen.

Wat degene die zijn mentaliteit laat blijken bedoelt te zeggen, is: "Als u ouder bent of niet in perfecte gezondheid verkeert, mag u dood neervallen. U mag erin barsten. Het maakt niet uit dat u nog vele (misschien wel tientallen) ziektevrije jaren voor zich hebt, u kunt de ziekte krijgen, want u bent niets waard. Er zijn nu al meer dan 20.000 doden en langdurig zieken door (niet met, maar door) COVID, maar er mogen nog veel meer slachtoffers vallen". 

Natuurlijk zal de zender van de boodschap van klinische genocide opmerken dat hij dit niet letterlijk bedoelt te zeggen, want manipulatoren verdraaien hun boodschap altijd. Dat is nu juist het slinkse.

4. Mensen mogen in SARS-CoV-2 stikken (letterlijk, want dat is het verloop)
Een slecht verloop van SARS/COVID betekent dat de longblaasjes vollopen met stolsels en fragmenten van beschadigd weefsel. De zuurstofsaturatie wordt laag en als de persoon niet in staat is om direct zorg te krijgen, stikt hij/zij erin. Heeft de persoon het geluk om in het ziekenhuis te worden opgenomen, dan houdt een ernstig verloop van COVID in dat de persoon in coma moet worden gebracht. Na 3 weken lijkt het alsof het beter gaat, waarna de persoon plotseling dood in het ziekenhuisbed ligt of na ontslag uit het ziekenhuis doodgaat.

De familie kan geen afscheid meer nemen, want vanaf het moment van acute ademnood en het in coma brengen, glijdt de persoon weg uit het bewustzijn. Een onmenselijke situatie: geen afscheid meer kunnen nemen van een naaste is géén "nieuw normaal" en al helemaal niet een situatie "waar we maar mee moeten leren leven".


zondag 19 december 2021

[Gezondheidsrecht] Patiënt is de dupe van gebrekkige communicatie in triage-procedures (+ Hoe moet het dan wel? Verbeterpunten voor de NHG HASP)

De patiënt wordt door de manier waarop de verwijzing is vormgegeven, de toegang tot noodzakelijke medische zorg ontzegd
Ondanks de invoering van het elektronisch patiëntendossier en in weerwil van uitdrukkelijke toestemming van de patiënt voor correspondentie tussen zorgverleners, is het aan de orde van de dag dat patiënten de dupe worden van gebrekkige communicatie in de verwijzing en triage-procedure.

In schrijnende medische casus is het meer dan slechts incidenteel dat de behandeling van de patiënt wordt afgewezen tijdens de triage, zonder dat de patiënt op de hoogte wordt gebracht van de afwijzing en de reden van afwijzing. De reden voor weigering van de toegang tot de zorg ligt buiten de invloed en informatievoorziening van de patiënt.

Ernstig is dat de patiënt in de regel maanden na van het kastje-naar-de-muur gestuurd te zijn, er via een verborgen aantekening in de anamnese achter moet komen dat de behandeling van de hand wordt gewezen om een reden die geheel buiten de patiënt om gaat: de manier waarop de verwijsbrief is geformuleerd, wordt aangegrepen om de patiënt de toegang tot noodzakelijke zorg te ontzeggen. Aangezien de verslaglegging van de afwijzing in de triage-procedure ontbreekt, kan de patiënt er niet achter komen waarom de toegang tot de zorg wordt ontzegd. 

Hoe verder na een afwijzing door de triage-arts, zonder dat inzicht is gegeven in de reden? De patiënt wordt teruggewezen naar een andere specialist of naar de huisarts, om vervolgens weer te moeten worden aangemeld voor de triage-procedure, gevolgd door een afwijzing op de luttele grond dat "de aanvraag eerder is afgewezen", om de patiënt daarmee zonder gegronde reden het recht op adequate zorg te ontnemen. Zorgverleners wijzen naar elkaar en hoewel de patiënt niet klem hoort te komen zitten tussen verwijzers die in het geheel niet corresponderen, is het wel de realiteit dat de patiënt er continu zelf voor moet waken dat de verwijzing op de juiste wijze verloopt.

Dit heen-en-weer-wijzen van verwijzer naar triage-arts leidt tot onmogelijke situaties voor patiënten die direct medische zorg nodig hebben en tot talloze zinloze verwijzingen die duizenden tot zelfs tienduizenden euro's meer kosten, dan het bieden van toegang tot de juiste zorgverlener. 

Hoe komt zo'n onmogelijke situatie (waarin de patiënt zonder gegronde reden de zorg wordt ontzegd in de triageprocedure) tot stand?
In de medische praktijk wordt de NHG HASP-richtlijn als model aangehouden voor het aanpassen van de verwijzing aan de eisen van de triage-procedure.

1. Omissie. De verwijzende arts of instantie neemt niet alle relevante passages uit de consultverslagen in de verwijsbrief op
Een kapitaal criterium is dat alle relevante passages en zorgvragen uit de consultnotities/consultverslagen en anamnese in de verwijsbrief dienen te worden opgenomen. De triage-arts leest de consultnotities níet, maar gaat af op de onderbouwing van een aanvraag in de verwijsbrief. De patiënt zal tergend lang (maanden) tussen verwijzer en zorgverlener heen en weer worden gesleept zonder dat er zicht op behandeling komt, omdat er een omissie van cruciale consultaantekeningen in de verwijsbrief. Alle relevante passages uit het consultverslag dienen ter onderbouwing in de verwijsbrief te staan, omdat de triage-arts alleen de verwijzing beoordeelt.

2. De onderbouwing in de verwijsbrief is te algemeen ("Algehele malaise" of "vermoeidheid" is nietszeggend)
Niet alleen de omissie van belangrijke consultnotities/passages uit het consultverslag in de verwijsbrief leidt tot afwijzing van de patiënt in de triageprocedure. Ook als de verwijzende (huis)arts de onderbouwing van het verzoek tot behandeling te algemeen formuleert, is dit een reden om de triage ten nadele van de patiënt uit te laten vallen, zelfs als de patiënt concreet en duidelijk is geweest in het beschrijven van symptomen en disease burden

3. Zorgverleners communiceren niet en leggen geen verantwoording af over de genomen beslissingen
De patiënt en de verwijzer krijgen geen inzicht in de reden van afwijzing en de patiënt raakt zelfs niet op de hoogte van de uitkomst van de triage, als het patiëntendossier géén correspondentie bevat. Het vergt voor de patiënt zelf onnodig veel moeite en onmogelijke bureaucratische hordes om erachter te komen wát de uitkomst van de triage is en waarom de patiënt het recht op noodzakelijke (en zelfs urgente) zorg wordt onthouden. Het elektronisch patiëntendossier is al jaren een feit en patiënten kunnen met één druk op de knop toestemming geven voor de uitwisseling van gegevens, maar als zorgverleners weigeren om er gebruik van te maken, heeft het EPD geen enkel nut.

Hoe moet het dan wel?

1. Hoe de kern van het verwijsbericht wordt ingekleed, is belangrijk voor de kans van slagen van het behandeltraject en bepalend voor het besluit om tot behandeling over te gaan. De reden en context voor de verwijzing moeten voldoende worden onderbouwd (Richtlijn informatie-uitwisseling tussen huisarts en specialist (Richtlijn HASP, herziene versie december 2020). De huisarts dient bij verwijzing de vanuit het Huisartsinformatiesysteem (HIS) automatisch gevulde rubrieken op juistheid te controleren (Richtlijn HASP, p. 19);
2. De verdeling van de verantwoordelijkheid, die eenvoudig te vinden is op de HASP-kaart van december 2017 via de hoofdpagina van de NHG, dient duidelijker te worden gemaakt jegens de patiënt. De patiënt is er niet bij gebaat om van verschillende actoren in het zorgproces te horen dat een andere zorgverlener verantwoordelijk is. De huisarts is verantwoordelijk voor de medische klacht tot aan het eerste medische consult van de specialist en de verantwoordelijkheid voor de overige zorg blijft bij de huisarts (Richtlijn HASP, herziene versie december 2017, p. 72). De specialist neemt niet alleen kennis van de inhoud van de verwijzing door de huisarts, maar dient ook gebruik te maken van eigen bronnen ter beoordeling van de zorgvraag door de patiënt (Gedragscode HASP);
3. De tabel diagnostische bepalingen, versie 31 (11 juli 2019) maakt het gemakkelijk om in één klik over de juiste gestandaardiseerde documentatie te beschikken;
4. De huisarts overweegt een update als er zaken zijn die het beleid van de geconsulteerde kunnen doorkruisen (Richtlijn HASP, p. 71).

Verbeter de correspondentie richting andere zorgverleners en patiënten
1. Maximeer de tijdsduur voor informatie-uitwisseling over een afwijzing.
Ten aanzien van de tijdigheid van de berichtgeving stel ik voor om een maximale tijdsduur te stellen aan de informatie-uitwisseling over de afwijzing van de behandeling door de medisch specialist. In de Richtlijn is hierover niets te vinden ('Model van informatie-uitwisseling', Richtlijn HASP december 2017, p. 14);
2. Vaar niet op standaardinvullingen om de context voor een verwijzing te geven.
Ten aanzien van de informatie-uitwisseling van de huisarts ten opzichte van de specialist is het begrijpelijk dat een standaard is opgenomen, maar deze standaard moet per geval kritisch worden beschouwd. Mijn voorstel is om niet standaard 'ter geruststelling van de patiënt' als invulling van de context op te geven. De praktijk heeft ook te maken met bewuste patiënten die niet op zoek zijn naar geruststelling, maar voor een specifieke ziekte verwezen dienen te worden naar een specialistisch ziekenhuis;
 3. Motiveer de reden van afwijzing, zodat deze transparant is jegens de patiënt.
Ook de reden van de afwijzing van een behandeling door het gespecialiseerde ziekenhuis moet beter worden onderbouwd jegens de patiënt. Een vermelding onder het kopje 'beleid', bestaande uit de zin "huisarts gebeld, patiënt wordt doorverwezen naar de tweedelijnsziekenhuis" (letterlijk citaat, M.B.), zonder nadere motivering, maakt het voor de patiënt niet inzichtelijk waarom het specialistische/academische ziekenhuis een afwijzing geeft.

donderdag 9 december 2021

#1 De misstanden bij UWV, inhoudelijk beoordeeld door een rechtsgeleerde: Het ondeskundige oordeel van de UWV-verzekeringsarts. De vele ficties die de verzekeringsarts toepast en het gebrek aan validiteit en onafhankelijkheid van het verzekeringskundig verslag

Door: meester Mercedes Bouter LL.M., rechtsgeleerde

De verzekeringsarts heeft vanuit het bezuiningsdoel van UWV de taak om de rechtspositie van de betrokkene te vernietigen met een beroep op het argument "dat wellicht in de toekomst adequate behandeling mogelijk wordt" en dat daarom de voorziening wordt afgewezen

Het verzekeringskundig oordeel van de (UWV-)verzekeringsarts is tweeledig. Ten eerste dient de verzekeringsarts een oordeel te geven over de arbeidsgeschiktheid van de aanvrager van een sociale verzekering (o.a. WIA en WAJONG). Het oordeel over de arbeidsgeschiktheid van de aanvrager wordt integraal in het verzekeringsgeneeskundig verslag vastgelegd; een strikte scheiding van "arbeidskundig oordeel" en "verzekeringsgeneeskundig oordeel" is niet te maken.
Ten tweede dient de arts een oordeel te geven over de vraag, of de arbeidsongeschiktheid duurzaam is. 

Beide oordelen worden geveld aan de hand van ficties. Het gaat niet om een inhoudelijke beoordeling van de realiteit, maar om een gefingeerd oordeel. Aanwijzingen voor de (UWV-)verzekeringsarts inzake de WAJONG zijn gegeven in het "Compendium Participatiewet Wajong en SMBS". De arbeidskundig analist haalt zogenaamde "taken" (die geen verband hoeven te houden met daadwerkelijk bestaande arbeid) uit het Takenbestand UWV 2015.

De ficties ten aanzien van het begrip "duurzaamheid van het ontbreken van arbeidsvermogen" zijn het resultaat van de WAJONG 2015. De Rijksoverheid beoogt met deze bezuinigingsmaatregel zoveel mogelijk arbeidsongeschikten (zieken en gehandicapten) af te laten vloeien naar een uitkering onder het bestaansminimum.

Ondergetekende heeft de dossiers over de UWV-schandalen, de wettelijke bepalingen van de WAJONG 2015 en WIA, alsmede de richtlijnen, beroepscodes en leidraden voor het schrijven van de verzekeringskundige rapportage, op rechtmatigheid geanalyseerd en komt tot het volgende oordeel over de misstanden in het handelen van UWV. In de verzekeringskundige en arbeidskundige rapportages van UWV en in de formele besluitvorming werden uitsluitend inconsistenties, onzorgvuldigheden en onrechtmatigheden geconstateerd. Die onzorgvuldigheden en onrechtmatigheden zijn zodanig omvangrijk, dat er een drieluik aan moet worden gewijd.

Dit eerste deel heeft betrekking op de inhoud van de verzekeringskundige en arbeidskundige rapportage van UWV: wat maakt dat het oordeel van de UWV-verzekeringsarts en arbeidskundige rapportage juridisch onhoudbaar en medisch-wetenschappelijk niet-valide moeten worden geacht?


1. Het criterium "Een taak uitvoeren in een arbeidsorganisatie" wordt beoordeeld aan de hand van "taken" die niet in daadwerkelijke arbeidsfuncties bestaan

Het arbeidsvermogen kan, aldus de instructie voor UWV, alleen worden bepaald aan de hand van taken. Het gaat net zoals bij de talloze ficties die in het Compendium zijn opgenomen, niet om taken die daadwerkelijk verband houden met bestaande arbeid. In het Takenregister staat bijvoorbeeld dat een potje op een plankje zetten, handjeklap doen of de armen in de lucht doen onder taken vallen die worden betrokken in de beoordeling van het arbeidsvermogen. Zo kan aan de aanvrager worden gevraagd hoe hij/zij zijn bed opmaakt (zie 1.2.4.2 van het Compendium: "Klant verricht één of meer taken in het dagelijks leven"). Er kan aan de aanvrager zelfs worden gevraagd of hij/zij in staat is om een uur lang te bukken of te hurken, ook als deze "vaardigheden" evident geen deel uitmaken van een realistische functie. Om de "belastbaarheid van de klant te kunnen meten", wordt de arbeidsanalist de opdracht gegeven te controleren "..of de aanvrager dagelijks 60 minuten per uur, 8 uur per dag kan staan" en of de aanvrager "dagelijks 60 minuten per uur, 8 uur per dag kan reiken".

Het doel is om de aanvrager op grond van onzinopdrachten zo snel mogelijk af te laten vloeien naar de Participatiewet. Het Compendium legt dan ook vast dat "arbeidskundige taken geen arbeidskundige taken hoeven te zijn". Dit de eerste belangrijke contradictie die is bestemd om te bezuinigen op WIA/WAJONG en overige voorzieningen voor arbeidsongeschikten.

2. De validiteit en onafhankelijkheid van het verzekeringskundig oordeel is niet gewaarborgd, door het gebrek aan onderbouwing en door (wederom) ficties en inconsistenties
De verzekeringsarts heeft de taak om de aanvraag van een uitkering te stuiten door een beroep te doen op het "Beoordelingskader duurzaamheid ontbreken arbeidsvermogen ten behoeve van beoordelingen voor de Wajong 2015". In het Compendium Participatiewet Wajong en SMBS wordt aangegeven dat de verzekeringsarts níet hoeft te onderbouwen dat de aanvrager arbeidsvermogen kan ontwikkelen. De verzekeringsarts moet een prognose stellen en mag zich baseren op algemene richtlijnen van het UWV.

Het komt voor dat verzekeringsartsen aanvragers en cliënten meer dan onbeschoft bejegenen. Het gaat om uitspraken als "U bent toch gewend om met pijn te leven" en het bewust schofferen van cliënten die een oncologische behandeling ondergaan. Ik adviseer dan ook om gesprekken met de verzekeringsarts en arbeidskundige/arbeidsanalist van uitkeringsinstanties en UWV vast te leggen. Hiervoor hebt u geen toestemming nodig, maar u kunt wel vooraf melden dat u gesprekken opneemt.

2.1 Een enorme inconsistentie in de UWV-instructie: de UWV-arts mag zonder beargumentering stellen "dat in de toekomst misschien behandeling mogelijk is", maar vooruitlopen op de medische wetenschap is niet toegestaan

Opvallend is dat de verzekeringsarts niet vooruit mag lopen op toekomstige medische ontwikkelingen, terwijl de (UWV-)verzekeringsarts wél de prognose mag stellen dat "de aanvrager in de toekomst wellicht arbeidsvermogen kan ontwikkelen, als er in de toekomst een adequate behandeling mogelijk wórdt". De UWV-arts mag zonder een inhoudelijke beargumentering van de prognose (wel of niet duurzaam arbeidsongeschikt) een verzekeringskundig oordeel uitbrengen, zodat het voor de betrokkene niet inzichtelijk is hoe de verzekeringsarts tot dit oordeel is gekomen. De instructie van het UWV is aldus uitermate tegenstrijdig en heeft tot doel om de rechtspositie van de aanvrager te vernietigen.

De aanvrager wordt immers bewust de mogelijkheid onthouden om het oordeel van de UWV-verzekeringsarts inhoudelijk te (laten) toetsen. Met een enkel beroep op algemene richtlijnen door de verzekeringsarts is dit oordeel schimmig. Een medische prognose, ofwel de differentiaaldiagnose, moet worden beargumenteerd met medische bevindingen. De prognose van een verzekeringsarts ontbeert de wetenschappelijk-medische onderbouwing als de argumentatie van de verzekeringsarts op algemene (zelfs niet van toepassing zijnde) richtlijnen wordt gebaseerd.

2.1 Inconsistentie 2: volledig arbeidsongeschikten worden financieel gedupeerd onder het mom van "een financiële prikkel tot re-integratie" (bezuinigingmaatregel WAJONG 2015)
Is de aanvrager 100% arbeidsongeschikt verklaard maar wordt de voorziening van de hand gewezen omwille van de bezuinigingsdoeleinden van de Rijksoverheid? Dan kan, zoals hiervoor uiteengezet, worden gefingeerd dat de aanvrager "niet duurzaam arbeidsongeschikt kan worden geoordeeld, uitgaande van de hypothetische situatie dat er ooit behandelmogelijkheden komen".

Dat de voorziening wordt afgewezen en de aanvrager zo snel mogelijk afvloeit naar de Participatiewet, wordt gepresenteerd met het excuus dat de arbeidsongeschikte financieel moet worden geprikkeld om te re-integreren op de arbeidsmarkt. Hiermee wordt bedoeld dat iemand die op medische gronden absoluut geen arbeidsvermogen heeft en dit ook in de toekomst niet kan ontwikkelen, door een financiële benadeling opeens arbeidsvermogen zou verkrijgen. Natuurlijk moet deze inconsistentie constructie bij de naam worden genoemd: het is een ordinaire bezuinigingsmaatregel. Het gaat er niet om of iemand arbeidsvermogen krijgt, het gaat erom om zoveel mogelijk aanvragers en cliënten te dumpen onder het bestaansminimum.

2.2 De UWV-arts dient zich te richten naar de regels en aanwijzingen van UWV "in de bedrijfsmatige context van UWV"

Tekenend is dat UWV, de Nederlandse Vereniging voor Verzekeringsgeneeskunde (NVVG) en NOVAG thans een richtlijn dienen te introduceren om de onafhankelijkheid van de UWV-arts te verbeteren.
In het Statuut wordt onder "Verantwoordelijkheid van UWV-arts ten opzichte van UWV", gecodificeerd dat "...de UWV-verzekeringsarts zich bij de uitvoering van zijn werkzaamheden dient te houden aan de aanwijzingen, door of namens het UWV gegeven met het oog op de bedrijfsmatige context van UWV". De taak van de UWV-arts is intentioneel vaag: "De arts is erop gericht om zijn praktijk te verbeteren en bij te dragen aan een efficiënte praktijkvoering, gestoeld op doelmatig handelen".

2.3 De (evidence-based) deskundigheid van het oordeel van de UWV-verzekeringsarts heeft thans géén juridische basis
Naar verluidt zal eind 2021 de deskundigheid van het oordeel van de UWV-arts een basis krijgen in het Statuut voor Verzekeringsartsen van UWV. In het Reglement en het Professioneel Statuut Verzekeringsartsen UWV zal worden opgenomen dat "Verzekeringsartsen evidence-based dienen te gaan werken en de oordelen dienen te baseren op de stand van de wetenschap".

2.4 Wat als de visie van UWV en de visie van de UWV-arts afwijkend zijn?
De UWV-arts, die volgens het toekomstige Statuut "In lijn met de beroepscode onafhankelijk tot beargumentering van zijn oordeel dient te komen" en UWV dienen bij een meningsverschil over de uitleg van het Statuut een beroep te doen op een geschillencommissie. Strekt een verschil in zienswijze tussen UWV en de verzekeringsarts niet uitsluitend tot de uitleg van het medisch oordeel, dan is het oordeel van het management van UWV beslissend.

3. Het glazenbollenwerk van de UWV-arts: in stand gehouden door het ontbreken van een effectieve remedie (ofwel: er bestaat in Nederland géén wetenschappelijk onderlegde rechterlijke instantie die het oordeel van de verzekeringsarts toetst)

Deze tweedeling is niet te verantwoorden. Het standaardoordeel van de (UWV-)verzekeringsarts luidt, zoals gezegd, "dat nu niet kan worden beoordeeld hoe het in de toekomst is". Dit argument is niet valide en kan het deskundigenoordeel dan ook niet dragen. Hoe kan het dat een dergelijk niet-valide argument, wetenschappelijk beschouwd een absoluut lekenoordeel, als rechtmatig wordt aanvaard?
De reden is uiteraard de taak van de UWV-arts om zoveel mogelijk uitkeringen af te wijzen. Juridisch wordt het glazenbollenwerk van de UWV-arts in stand gehouden door het gebrek aan een onafhankelijk rechterlijk oordeel.

De rechtsstaat geldt niet voor belanghebbenden: géén equality of arms en géén effectieve juridische remedie

De uitspraak van de Centrale Raad van Beroep uit 2017 heeft hierin géén verandering gebracht. Hoewel de "Equality of Arms" een algemeen toetsingskader heeft gekregen in het oordeel van de CRvB, kan de rechter volstaan met het oordeel dat de UWV-verzekeringsarts zich aan de formele procedures heeft gehouden. Een inhoudelijke toetsing komt slechts aan de orde, indien de appellant een onafhankelijke deskundige betaalt om rapport uit te brengen. Het inwinnen van contra-expertise kost gemiddeld meer dan 1000 euro, zonder dat hier een financiële bijdrage voor wordt geboden.

Van daadwerkelijke equality of arms is dan ook géén sprake. Het bezwaarlijke is dat voor gedupeerden die een besluit op onrechtmatige en niet-toetsbare gronden van UWV hebben ontvangen, geen effectieve remedie bestaat. Het gaat hier uitsluitend om een ordinaire bezuinigingsmaatregel die succesvol wordt "nageleefd" door juridisch en wetenschappelijk niet-valide besluiten op te leggen.

Verder lezen
"Verzekeringsartsen willen weg bij UWV", Trouw 11 november 2017;
"Verzekeringsarts: verlengstuk van UWV of onafhankelijk deskundige?", Capra Advocaten 5 september 2017;
"UWV-arts beslist als rechter over een arbeids(on)geschiktheid: 'Ik ben Sinterklaas niet'", Eenvandaag 18 april 2019;
"Weet de rechter wat hij niet weet? Bij beroepszaken over arbeidsongeschiktheid ontbreekt vaak de medische kennis", Medisch Contact 4 december 2019;
"UWV past ambtseed aan na zorgen artsen en accountants dat zij geen kritiek over UWV mogen uiten", SV 14 mei 2020;
"Onthef de UWV-arts van zijn taak als waarzegger", Trouw 11 januari 2019;
"Stuurt minister Koolmees aan op het einde van de UWV-artsen?", Trouw 26 juni 2019;
"Onderbouwing UWV bij keuring vaak onvoldoende", Trouw 27 december 2018;
"Het UWV bepaalt wanneer iemand nog werk kan verzetten, maar de criteria zijn juridisch niet toetsbaar", Trouw 21 april 2018






woensdag 1 december 2021

WMO-schande. Het traineren van burgers in een medische noodtoestand door bureaucratisch bestuur.

Ik heb de WMO-aanvraag ingediend voor twee cliënten in een medisch acute situatie. Het gaat om een situatie waarin de ADL-verrichtingen op zeer korte termijn onmogelijk zijn geworden; aldus een absolute onmogelijkheid. Cliënten kunnen elkaar niet in de ADL ondersteunen door de medische problematiek en de mogelijkheden van de sociale kaart zijn al uitgeput (voor de duidelijkheid: dit is als niemand in de omgeving helpt en geen familieleden aanwezig zijn die de cliënt kunnen ondersteunen in de dagelijkse verrichtingen die nodig zijn om te overleven, zoals voedsel bereiden en kleine boodschappen doen, anders dan de boodschappen die thuisbezorgd kunnen worden via een webshop). Het is meer dan gebruikelijk dat het sociale netwerk niets doet om personen in medische nood te ondersteunen, dat is de realiteit die maakt dat een WMO-aanvraag het laatste middel is.

Eindeloze WMO-procedures om de burger in acute medische nood te traineren
Om 03:30 's nachts is een eindeloze wizard met vragen die onderdeel uitmaken van de WMO-procedure dan eindelijk afgerond. Gedetailleerde medische verslagen zijn overgelegd aan leken van de gemeente die moeten oordelen over medische kwesties, zéér privacygevoelige gegevens zijn met het WMO-team van de gemeente gedeeld. Dat zeer privacygevoelige gegevens moeten worden overgeleverd aan een niet-medicus die op afstand moet oordelen of een patiënt in staat is om zelf de ADL te verrichten, is nog niet het ergst.

Het gaat, zoals gezegd, om een medisch urgente situatie die zich binnen zeer korte tijd heeft voorgedaan en waarbij twee van mijn cliënten niet in staat zijn om elkaar in de dagelijkse levensverrichtingen (gericht op pure overleving) te ondersteunen. Tegen de achtergrond van dát urgente karakter is het schrijnend dat het WMO-team na 6 weken nog niets van zich heeft laten horen. Niets. Geen bericht, geen telefonisch contact, het WMO-team laat het in het geheel afweten zonder opgaaf van reden, ondanks meerdere contactinitiatieven van mijn kant. Mijn cliënten zouden, gezien de ernst van hun medische klachten, niet in staat zijn om zich bezig te houden met deze slepende bestuurlijke processen. Het kost letterlijk hele dagen en nachten om de fouten van overheidsorganen recht te zetten en onrechtmatige overschrijding van termijnen te beantwoorden met bezwaar en beroep.

De beslistermijnen in de Algemene wet bestuursrecht worden aangegrepen om de burger te onthouden van zorg en middelen die noodzakelijk zijn om te overleven

Het bestuursrecht is zo ingericht dat bestuursorganen 6 tot 8 weken de tijd hebben om een besluit te nemen. Deze termijn is de maximumtermijn en wordt door de overheid aangegrepen om de burger zo lang mogelijk te onthouden van de middelen of zorg die nodig is en zijn om te overleven. Om de minimale voorwaarden voor het bestaan te kunnen vervullen. De bestuursprocedures van de Algemene wet bestuursrecht worden, aldus, aangegrepen om het proces van aanvraag tot toekenning te traineren. De enige manier waarop advocaten iets kunnen doen tegen deze opgeworpen dam van bestuurstermijnen, is bezwaar maken tegen het niet-tijdig genomen besluit. Dan dient het besluit alsnog integraal te worden genomen door het bestuursorgaan, maar daarmee is de burger minstens twee maanden lang onthouden van de zorg en middelen die nodig zijn om in leven te blijven.

De in medische nood verkerende burger kan barsten. Het is een schandvlek en hier is het laatste woord nog niet over gevallen.



dinsdag 30 november 2021

Als het aan mij ligt, bestaan er geen misstanden. En ik doe daadwerkelijk iets om ze te bestrijden, anders dan de "aankaarters"

Als het aan mij ligt, zouden er helemaal geen misstanden bestaan. Geen misstanden in de zorg, geen misstanden in het consumentenrecht en geen misstanden op andere rechtsgebieden. Conflicten zullen altijd blijven bestaan, zo lang als de mens er is; conflicten vallen niet te vermijden en dat is voor velen gunstig, want anders zou de juridische sector in het geheel niet hoeven te bestaan (en let wel: op z'n vroegst sinds de Babylonische wetten is het civiel recht in de meeste samenlevingen geïnstitutionaliseerd). Dat conflicten bestaan is ook niet erg, conflicten zijn altijd nog beter dan valse vrede en gefingeerde vriendschap.

Waar ik op doel, is de echte misstand. Misstanden worden veroorzaakt door mensen met slechte intenties. Misstanden zijn het gevolg van opzet op het benadelen van burgers, frauduleuze handelingen door instituten, laster, ambtsbreuk, meineed, het ten koste van alles nastreven van financieel gewin en het willen verbergen van de incompetenties van de medewerkers van een instituut. Het nastreven van economisch gewin is inherent aan de meeste organisaties, maar ordinaire bezuinigingen verpakt als "nudging" van de burger (een zogenaamde stimulans bij wijze van een economische prikkel/een economisch motief om de burger daadwerkelijk rechtstreeks financieel te benadelen of te onthouden van zorg die noodzakelijk is om te overleven!) maken een staat kapot.

Accepteer nooit dat ordinaire bezuinigingen worden aangevoerd als "ethische overweging". U hebt namelijk recht op de hoogste mate van waarborging van uw leven en veiligheid

Accepteer dan ook niet dat harde economische overwegingen als "ethische overwegingen" worden gepresenteerd. Laat u zich nooit, maar dan ook nooit aanpraten dat ordinaire bezuinigingen beogen om ú beter om te laten gaan met zorg en financiële voorzieningen. Als u ten onrechte niet krijgt waar u recht op hebt of wat u nodig hebt om uw recht op leven en veiligheid te waarborgen, dien dan direct een klacht in en meld het aan alle (consumenten)organisaties en klachtenfunctionarissen die u kunt bereiken.

Om iets gedaan te krijgen, zijn vasthoudende mensen nodig

Klinkt dit abstract? Ik weet altijd mijn weg te vinden en ik geef nooit op. Met vasthoudendheid lukt het om soms heel complexe kwesties van gezondheidsrecht en consumentenrecht op te lossen. Ik zeg niet dat het niet intensief is (wat tijdrovend karakter betreft, en tijd is kostbaar) om moeilijke kwesties gedaan te krijgen. Rechtvaardigheid is immers nooit zonder moeite bereikt. Ik doe daadwerkelijk alles om misstanden te bestrijden. Voor mij blijft het niet bij "aankaarten" en empathie tonen, want aan alleen aankaarten en begrip tonen hebben mensen écht niets. Met alleen een begripvolle knik of "sterkte wensen" redden mensen het niet. Om iets gedaan te krijgen, zijn doorzetters nodig. Vasthoudendheid en een confronterende houding typeren mij al vanaf jongs af aan.

Klinkt dat nog steeds abstract? Op mijn rechtenblog (rechtenadvies.blogspot.com) kunt u inmiddels heel veel voorbeelden vinden van hoe ik me heb ingezet voor consumentenrecht, privacyrecht, rechtsbescherming van burgers tegenover de overheid (voornamelijk wanneer zij valselijk zijn beschuldigd door instanties) en vóór containment van SARS vanaf het begin van de coronapandemie in Nederland, februari 2020 (COVID/SARS-CoV-2). In de berichtgeving vindt u gratis praktische adviezen die u rechtstreeks juridisch kunt toepassen.


woensdag 17 november 2021

Patiënt wordt in werkelijkheid geen keuze gelaten voor de beste behandeling door een specialistisch ziekenhuis

vrijdag 13 december 2019

'Helft kankerpatiënten staat niet stil bij keuze ziekenhuis'. Op 10 december 2019 plaatste het Algemeen Dagblad dit artikel, waarin het onderzoek van de Nederlandse Federatie Kankerpatiënten (NFK) werd geciteerd. De NFK wijst erop dat het belangrijk is dat de patiënt het ziekenhuis selecteert dat zoveel mogelijk expertise heeft op het gebied van de ziekte van de patiënt. Hoewel belangenbehartiger Irene Dingemans duidelijk aangeeft dat patiënten in 37% van de gevallen waarbij de patiënt om een second opinion heeft verzocht, géén informatie van de eigen arts krijgt of zelfs wordt tegengewerkt door de eigen arts, was tijdens de conferentie van de Patiëntenfederatie onvoldoende aandacht voor de medische realiteit. Sterker nog: de vraag, hoe de patiënt moet handelen als deze om de meest adequate behandeling of om een second opinion verzoekt maar geen gehoor krijgt van zowel het Zorginstituut, de patiëntenbelangenorganisaties als de zorgverleners, werd compleet genegeerd tijdens de conferentie.

Vragen als 'Hoe weet ik waar ik de beste zorg krijg?' en opmerkingen als 'Het is belangrijk dat u naar een ziekenhuis gaat dat zoveel mogelijk ervaring heeft met de behandeling van uw ziekte', suggereren dat de patiënt de mogelijkheid heeft om een specialistisch ziekenhuis te selecteren. De realiteit is anders en dat heb ik ook aangegeven tijdens een seminar van de NFK. Het is mij een grote ergernis dat niet wordt vermeld hoe het werkelijk in elkaar zit. Het Algemeen Dagblad is niet van plan om nog eens kritisch op deze kwestie in te gaan, omdat de krant het liever over de laatste aflevering van Kopspijkers of over het stemgedrag voor de Top2000 heeft.

Als bewuste, bovengemiddeld geïnformeerde patiënten om verwijzing naar een specialistisch, academisch ziekenhuis verzoeken en deze verwijzing ook van de eigen (huis)arts krijgen, dan krijgen  patiënten er in de praktijk mee te maken dat het gespecialiseerde ziekenhuis de behandeling zonder redelijke motivering afwijst. Weken later moeten patiënten via de doktersassistente vernemen dat de behandeling is afgewezen door de specialist. Het komt zelfs voor dat de patiënt drie tot vier weken na de verwijzing binnen het zorgdomein nog geen reactie van het ziekenhuis heeft gekregen en er na het opnemen van contact met de interne afdeling achter komt dat het academische ziekenhuis de aanvraag van de behandeling heeft laten liggen.

Ziekenhuis wijst naar de huisarts
Het specialistische ziekenhuis wijst als reden voor afwijzing op de rol van de huisarts. De zorgverzekeraar geeft de huisarts de schuld van de afwijzing van de behandeling door het academische ziekenhuis. De patiënt is hier de dupe van: deze wordt niet alleen een adequate behandeling ontnomen door beleidsstrategieën van de gespecialiseerde/academische ziekenhuizen, maar lijdt ook onder tegenwerking doordat alle bij de medische behandeling betrokken partijen naar elkaar wijzen.

Dat blijkt wel uit een afwijzingsbericht van een academisch ziekenhuis:
'Wij zijn een academisch ziekenhuis en moeten van de zorgverlener specialiseren in hoogcomplexe, derdelijnszorg. Uw aanvraag valt hier niet onder'.
Uit dit bericht volgt ten eerste dat academische ziekenhuizen behandelingen af moeten wijzen vanuit financiële beleidsoverwegingen. Ten tweede wordt niet de ziekte of de hulpvraag van de patiënt centraal gesteld, maar de wijze waarop de huisarts de aanvraag voor behandeling door de specialist heeft geformuleerd.

Het gevaar is dat een verwijzende arts niet expliciet is in het formuleren van de aanvraag en dat de in de aanvraag geformuleerde vraagstelling de medische klachten niet accuraat beschrijft. De zorgvraag "Graag uw behandeling voor patiënt, die zich meldt met algehele malaise en vermoeidheid" is te algemeen en wordt ten onrechte vaak toegepast, terwijl deze formulering niet overeenkomst met de medische klachten van de patiënt die om een verwijzing naar een specialistisch ziekenhuis verzoekt. Daarbij wordt de patiënt niet geïnformeerd over de inhoud van het verwijsbericht, zodat de patiënt niet kan controleren of de over hem verstrekte informatie en de zorgvraag juist zijn. Een mogelijkheid voor de patiënt is om inzage in het patiëntendossier te krijgen, maar dat vergt tijd die in een spoedige behandeling moet worden gestoken.

Er is nog een heikel punt: het academische ziekenhuis draagt de huisarts op om te verwijzen naar een streekziekenhuis, ondanks dat de patiënt uitdrukkelijk en herhaaldelijk om behandeling door een gespecialiseerd ziekenhuis verzoekt. De patiënt wordt vervolgens voor korte tijd behandeld in het streekziekenhuis. Na enige tijd heeft de patiënt een verwijzing nodig voor een andere medische klacht en wordt wederom verzocht om behandeling in een gespecialiseerd ziekenhuis. In dit geval zal het academische ziekenhuis de aanvraag afwijzen onder de vermelding 'dat de patiënt al bekend is in het streekziekenhuis'. De patiënt wordt dus geconfronteerd met afwijzing van behandeling op de grond dat de patiënt eenmaal is behandeld door een streekziekenhuis ten aanzien van een andere medische klacht.

Punten voor verbetering in de verwijzing van patiënten naar een specialistisch ziekenhuis
Vanuit de medische praktijk is geconstateerd dat een onjuiste informatie-uitwisseling tussen zorgverleners en tussen de arts en de patiënt een belangrijke oorzaak is van de afwijzing van de behandeling van een patiënt die verwezen wordt naar een specialistisch/academisch ziekenhuis. Ik heb de documentatie, Richtlijn informatie-uitwisseling tussen huisarts en specialist HASP en de Gedragscode HASP beoordeeld en zie mogelijkheden om verwijzingen door de huisarts en de onderlinge informatievoorziening te verbeteren. De Richtlijn HASP onderkent het belang van een verbetering van de informatie-uitwisseling tussen de huisarts en specialist voor de continuïteit van de zorg. De verwijzer als verzendende zorgverlener, dient een duidelijk procedurevoorstel te richten aan de ontvanger, de specialist.

1. Hoe de kern van het verwijsbericht wordt ingekleed, is belangrijk voor de kans van slagen van het behandeltraject en bepalend voor het besluit van het specialistisch ziekenhuis om tot behandeling over te gaan. De reden en context voor de verwijzing naar het specialistische ziekenhuis moeten door de huisarts voldoende worden onderbouwd (Richtlijn informatie-uitwisseling tussen huisarts en specialist (Richtlijn HASP, herziene versie december 2017), Hoofdstuk 4: Verwijsbericht en updates door huisarts, p. 22). De huisarts dient bij verwijzing de vanuit het Huisartsinformatiesysteem (HIS) automatisch gevulde rubrieken op juistheid te controleren (Richtlijn HASP, p. 19);
2. De verdeling van de verantwoordelijkheid, die eenvoudig te vinden is op de HASP-kaart van december 2017 via de hoofdpagina van de NHG, dient duidelijker te worden gemaakt jegens de patiënt. De patiënt is er niet bij gebaat om van verschillende actoren in het zorgproces te horen dat een andere zorgverlener verantwoordelijk is. De huisarts is verantwoordelijk voor de medische klacht tot aan het eerste medische consult van de specialist en de verantwoordelijkheid voor de overige zorg blijft bij de huisarts (Richtlijn HASP, herziene versie december 2017, p. 72). De specialist neemt niet alleen kennis van de inhoud van de verwijzing door de huisarts, maar dient ook gebruik te maken van eigen bronnen ter beoordeling van de zorgvraag door de patiënt (Gedragscode HASP);
3. De tabel diagnostische bepalingen, versie 31 (11 juli 2019) maakt het gemakkelijk om in één klik over de juiste gestandaardiseerde documentatie te beschikken;
4. De huisarts overweegt een update als er zaken zijn die het beleid van de geconsulteerde kunnen doorkruisen (Richtlijn HASP, p. 71).

Voorstel
1. Maximeer de tijdsduur voor informatie-uitwisseling over een afwijzing.
Ten aanzien van de tijdigheid van de berichtgeving stel ik voor om een maximale tijdsduur te stellen aan de informatie-uitwisseling over de afwijzing van de behandeling door de medisch specialist. In de Richtlijn is hierover niets te vinden ('Model van informatie-uitwisseling', Richtlijn HASP december 2017, p. 14);
2. Vaar niet op standaardinvullingen om de context voor een verwijzing te geven.
Ten aanzien van de informatie-uitwisseling van de huisarts ten opzichte van de specialist is het begrijpelijk dat een standaard is opgenomen, maar deze standaard moet per geval kritisch worden beschouwd. Mijn voorstel is om niet standaard 'ter geruststelling van de patiënt' als invulling van de context op te geven. De praktijk heeft ook te maken met bewuste patiënten die niet op zoek zijn naar geruststelling, maar voor een specifieke ziekte verwezen dienen te worden naar een specialistisch ziekenhuis;
 3. Motiveer de reden van afwijzing, zodat deze transparant is jegens de patiënt.
Ook de reden van de afwijzing van een behandeling door het gespecialiseerde ziekenhuis moet beter worden onderbouwd jegens de patiënt. Een vermelding onder het kopje 'beleid', bestaande uit de zin "huisarts gebeld, patiënt wordt doorverwezen naar de tweedelijnsziekenhuis" (letterlijk citaat, M.B.), zonder nadere motivering, maakt het voor de patiënt niet inzichtelijk waarom het specialistische/academische ziekenhuis een afwijzing geeft.

 

zondag 7 november 2021

[Shuffle Repost COVID] SARS-CoV-2: bewust falend overheidsbeleid vaart wel bij tegenstellingen in de maatschappij

Hoe het gebrek aan beschermingsmiddelen tot de politieke beslissing tot ongecontroleerde verspreiding leidde
Van beddentellers, bodyshamers, "victim blamers" tot andere vormen van burgers tegen elkaar ophitsen: het beleid van de afwezige overheid is géén vergissing, maar bewust uitgevaardigd beleid. Vanaf december 2019 moest de bevolking worden afgeleid van het feit dat ons land niet spoedig voorzien zou worden van adequate beschermingsmiddelen (minimaal de categorie FFP2).

In januari 2020 was duidelijk geworden dat de SARS-CoV-2 epidemie zou uitgroeien tot een pandemie door de aërogene verspreidingswijze van het virus. De ervaring die de internationale gemeenschap (alle nationale overheden) 20 jaar na SARS-CoV-1 (2003) had opgebouwd, leerde dat men direct moet ingrijpen om aërogene transmissie aan banden te leggen om een pandemie te voorkomen. Vergist u zich niet: dit virus is géén geheel nieuw virus en Long COVID is ook niets nieuws onder de zon. Alles over de preventie van een nieuwe SARS-uitbraak is tussen 2004 en 2009 uitputtelijk behandeld op internationale bijeenkomsten van de overheden. De overheid kan zich er dus niet op beroepen dat "ze dit niet aan zagen komen", want zij hadden de plicht om te anticiperen.

Handen wassen, ellebogen schudden en 1,5 meter afstand: loze mantra's om de indruk te wekken dat de overheid maatregelen heeft uitgevaardigd

Het gekozen scenario was desondanks ongecontroleerde verspreiding. Bij dit scenario zijn bewust loze mantra's aangegrepen zoals 1,5 meter afstand houden, handen kapot wassen en géén handen schudden. Deze zijn verpakt als "maatregelen". Het gekozen paradigma was ook welbewust toegesneden op verspreiding via fomieten (vaste deeltjes op oppervlakken) en grote druppels, terwijl op z'n vroegst sinds 1800 bekend en sinds 1948 bewezen is, dat succesvolle virussen via microscopisch kleine deeltjes in de lucht worden overgedragen. 

Groepsimmuniteit: een illusoir, dodelijk en schadelijk scenario met tienduizenden onnodige sterfgevallen, onnodige schade aan volksgezondheid en economie tot gevolg
Daarmee is sinds 1948 vast komen te staan dat slechts mondneusmaskers en adequate ventilatie helpen in de preventie van de verspreiding van aërogene virussen. De deskundigen die zijn ingeschakeld om het overheidsbeleid te onderbouwen, weten dit en hebben deze wetenschap ook tot hun beschikking. Dat een ander scenario bewust is gevolgd en we het moeten stellen met nepmaatregelen zoals "handen ontsmetten", is een politieke, niet-wetenschappelijke keuze. De verantwoordelijken beschikken bovendien over de wetenschap dat COVID, veroorzaakt door SARS, een dodelijke, trombotische ziekte is [bloedziekte, M.B.] die op langere termijn tot orgaanfalen en DNA-schade (en beschadiging van mitochondria) leidt.

Hoe de gekozen strategie-ongecontroleerde verspreiding profiteert van tegenstellingen tussen burgers die zich laten manipuleren tot de acceptatie van eugenetica en "victim-blaming"
Het illusoire scenario-ongecontroleerde verspreiding/groepsimmuniteit is een jaar na dato nog altijd niet verlaten. Een deel van de bevolking laat zich onbewust manipuleren, geheel in lijn met het uitgestippelde scenario. De tegenstellingen en loze kreten die door de bevolking al sinds maart 2020 worden aangedragen die alle logica ontberen, maar op clichématige wijze tot "waarheid" worden voor de mensen die daarvoor gevoelig zijn, zijn:

- "Er moeten meer IC-bedden beschikbaar komen, dan hoeven we geen maatregelen te treffen";
- "Ik laat mijn vrijheid niet inperken om anderen te beschermen";
- "Ik ben géén risicogroep";
- "Die mannen die op de IC belanden zijn allemaal ouder en hebben een buikje, dus het komt door hun eigen lichaam";
- "Als de overheid het aantal IC-bedden had uitgebreid, was de ziekenhuiscapaciteit niet overschreden";
- "De jongeren moeten al een jaar lang alles laten om ouderen te beschermen";
- "Het virus is nu toch niet meer te stoppen, we moeten er maar mee leven";
- "Ouderen mogen dood";
- "Anderen mogen dood neervallen, als ik het maar niet ben".

Deze clichés die geen enkele kern van waarheid en logica kennen (door kwaadwillende niet-wetenschappers uit de duim gezogen) en die daarom ook niet ter discussie staan voor mensen die wél logisch kunnen denken, zijn precies wat het scenario-ongecontroleerde verspreiding voorstaat: schijnbare tegenstellingen creëren.

Valse dichotomieën: er bestaan géén risicogroepen voor SARS en "economie vs. gezondheid" is een valse voorstelling van zaken
Als de "jongere die niets meer mag!!!!!" tegenover de "oudere die moet worden beschermd" wordt geplaatst, als de "buikige man van 50+" tegenover de vermeend "gezonde twintiger" wordt geplaatst, als mensen fingeren dat er "risicogroepen" en "niet-risicogroepen" bestaan voor SARS, als de valse dichotomie van gezondheid vs. economie wordt gestimuleerd met het dramatische beeld dat we echt geen sociaal leven meer mogen hebben en de uitbreiding van het aantal IC-bedden volgens de beddentellers dé oplossing was die niet is gebruikt, dan wordt alle aandacht afgeleid van waar het werkelijk om gaat: de overheid heeft nog nooit maatregelen getroffen. De burger wordt werkelijk geen strobreed in de weg gelegd maar heeft de illusie dat "niets meer mag in Nederland". Dat bevordert de ongecontroleerde verspreiding. 

Complotgelovigen als dankbaar vehikel voor het overheidsbeleid
Waarom vaart de overheid daar wel bij? Omdat op deze manier het beeld wordt versterkt dat de verantwoordelijkheid bij de burgers ligt, dat de overheid alles heeft gedaan wat in de macht lag om deze onnodige (gezondheids)crisis van ongekend leed en de schending van het recht op leven te voorkomen, maar dat het door alle strubbelingen in de samenleving tóch werd geconfronteerd met tienduizenden doden die met het grootste gemak waren te voorkomen, nog eens honderdduizenden burgers met vermijdbare langetermijngezondheidsschade en financiële schade bij kleinere ondernemers en zzp'ers. Complotgelovers fungeren voor het overheidsbeleid (ongecontroleerde verspreiding gericht op groepsimmuniteit) als vehikel om het doel van het besmetten van zoveel mogelijk burgers zo snel mogelijk te bereiken.

Een kapitale noot van mijn kant: was er een lockdown uitgeroepen, dan had de overheid de ondernemer dienen te compenseren voor financieel nadeel dat direct het gevolg is van een rechtmatige overheidsdaad. Ik heb dit meerdere malen benadrukt: de overheid heeft geen lockdown willen invoeren om deze compensatieplicht te vermijden. In plaats daarvan zijn ondernemers sectoraal getroffen zonder dat tot een nationale lockdown is besloten.

Ik zeg het nog eens: ik heb in maart 2020 gewaarschuwd dat deze crisis zich zou voltrekken, maar dat deze eenvoudig was te vermijden door beschermingsmiddelen van minimaal FFP2 te verstrekken. Een simpele financiële investering in deze beschermingsmiddelen was voldoende geweest om doden en zieken ten gevolge van COVID te voorkomen. Zo werkt het, en niet anders. Wie gelooft dat politici en beleidsmakers in het belang van de samenleving handelen, verkeert altijd in een hopeloos naïeve staat. Opportunisten en pragmatici handelen immers slechts in het eigen belang en kennen geen principes, anders dan die gericht zijn op het eigen welzijn.

"Ik ben géén risicogroep voor SARS" is bewuste misleiding die mensen langdurig met gezondheidsschade opscheept
Nog een noot van mijn kant. Het is ongelooflijk dom en onwetend dat jongeren en mensen die denken dat ze "gezond" zijn, geloven dat zij geen risicogroep zijn voor SARS. SARS-coronavirussen veroorzaken in de meeste mensen trombose, die een tijd onopgemerkt kan blijven en op lange termijn tot orgaanschade leidt. Juíst omdat mensen zonder ernstige klachten hun tromboses niet opmerken, kan orgaanschade pas maanden tot wel een jaar later aan het licht komen.

Of een persoon een ernstig verloop krijgt van COVID, is niet afhankelijk van leeftijd of gezondheidstoestand. Dit virus heeft als eigenschap dat het schade aan het endothelium (het weefsel waarmee alle organen zijn bekleed) wordt aangericht. Het is een serieuze roulette om de gok te wagen met SARS. Om te weten of de kans op een ernstig verloop bij een jongere extra hoog is, zou iedereen zijn of haar DNA volledig moeten kennen. Daar komt nog bij dat SARS-CoV-2/COVID schade aan het DNA oplevert.

Het virus infiltreert in het DNA en rotzooit met de code. Het virus laten rotzooien met het lichaam en het DNA is niet nodig en ook niet acceptabel. Maar: er is iets aan te doen en wel heel eenvoudig. Als iedereen in publieke ruimten en in binnenshuis contact met mensen van buiten het huishouden, een mondneusmasker van de categorie > FFP2 draagt, is er niets aan de hand. Het virus wordt zo direct bij de bron bestreden. Al het menselijk leed is werkelijk nergens voor nodig. Alleen als de mensen deze crisis zelf in stand willen houden, blijft de crisis bestaan.

Er zijn géén voorstanders van een absolute lockdown
In tegenstelling tot de stop-and-go-lockdowns die slechts bepaalde sectoren onevenredig treffen, heeft Nederland nooit een lockdown gehad. Hoewel mensen die de vergroting van een tweedeling beogen te bereiken die suggestie wekken, zijn er geen voorstanders van een absolute lockdown te vinden.

Het spreekt dan ook voor zich: de essentie van een lockdown is zo vroeg mogelijk testen, isoleren, traceren en behandelen van infectiegevallen. Sinds januari 2020 wordt terecht gewezen op het belang van containment. In het voorjaar van 2020 was het mogelijk en noodzakelijk om de SARS-gezondheidscrisis in de kiem te smoren zonder economische nadelen te ondervinden. Containment, zoals containment bedoeld is: adequate maatregelen treffen ter preventie van doden, ernstig zieken, economische malaise en uitstel van reguliere gezondheidszorg. Juist het indambeleid waar sinds 2003 op wordt gehamerd, voorkomt dat een land langdurig met de gevolgen van SARS-coronacrises te maken krijgt (ik schrijf het niet voor niets in meervoud: COVID-19/COVID-2020 is niet bepaald de eerste SARS-crisis waarmee de internationale gemeenschap wordt geconfronteerd).

woensdag 27 oktober 2021

De angstparadox

2020/2021

Waarom zijn sommige mensen bevattelijk voor de meest onwaarschijnlijke theorieën? Dat valt het best te omschrijven aan de hand van het concept van de angstparadox: iemand die gevoelig is voor fobieën, zal dit ontkennen door voor zichzelf het tegendeel te willen bewijzen. Door net te doen of iets niet bestaat, "bestaat het niet". Een fenomeen waarop mensen geen grip dénken te hebben, wordt gezien als een denkbeeldige vijand die moet worden ontkend. Dat fatalistische denken past bij het paradoxale karakter: de angst moet immers worden bezworen door te ontkennen. 

Zo iemand ken ik uit de nabije omgeving. Ze heeft naar eigen zeggen een sociale fobie en voert rituelen uit, zoals het meerdere keren achter elkaar controleren van de sloten en het voelen aan de schuurdeur. De kinderen speelden vóór 2020 al nauwelijks buiten. In maart 2020 kwamen ze af en toe buiten, om naar de auto of naar de container te rennen. Naarmate de tijd verstreek, ging hun moeder zich steeds vreemder gedragen. Ze meende dat we nu allemaal niet meer naar buiten mochten en dat de dictatuur was aangebroken. Om de denkbeeldige vijand te bestrijden, associeerde ze met een groep met bizarre theorieën. Het contact met de omgeving werd nog slechter en de kinderen moesten zoveel mogelijk binnen blijven. Ze blijft proberen om anderen aan te praten dat de rest van de wereld aan angstporno doet en is aan het flyeren tegen "apartheid"....

Mensen met de gevoeligheid om te vallen in de fuik van verzinselen, kiezen ervoor om het onwaarschijnlijke te geloven uit zelfbescherming. Het maakt niet uit of het tegendeel is bewezen. Het maakt zelfs niet uit of het een uitgemaakte zaak is dat het tegendeel waar is: wat kan worden verzameld als schijnbewijs, wordt aangevoerd om het geloof in het eigen gelijk te versterken. Als dit wordt verworpen, nemen ze hun toevlucht tot drogredenen als "het had zo kunnen zijn", clichés als "hoe vindt u zelf dat het gaat?" of schijnvergelijkingen. 

Doe vooral geen moeite om onzin te weerleggen of aanhangers van hallucinante theorieën te overtuigen Mensen die ervoor hebben gekozen om onwaarschijnlijke en onsamenhangende theorieën te geloven, willen en kunnen niet worden overtuigd van de werkelijkheid. In discussie gaan is geen doen; verzinselen zijn geen argumenten en het doel van de onzinverspreider is alleen maar om de overtuiging van het eigen gelijk te versterken.


dinsdag 19 oktober 2021

[2017 repost consumentenrecht] Webshops weigeren ten onrechte vergoeding van ondeugdelijke producten. Uw rechten bij een ondeugdelijk product (art. 7:18 BW; 7:21 BW; 7:22 BW)

U hebt een artikel besteld, dat na ontvangst kapot blijkt te zijn. Wat zijn uw mogelijkheden en wat mag de verkoper níet als excuus gebruiken om de uitoefening van uw rechten te beperken? Wat doet u in de volgende situaties? Ik vertel u alles over uw consumentenrechten, zowel bij de koop in een winkel als de aanschaf van artikelen via een webwinkel.

1. De verkoper weigert een gebrekkig artikel terug te nemen, omdat "de garantie van de winkel niet meer van toepassing zou zijn".

Het zijn veelgehoorde smoesjes van verkopers:
- "U kunt het product niet meer terugsturen, want onze garantie geldt niet meer";
- "Wij moeten second opinion inschakelen bij de producent, voordat wij een second opinion hebben, kunnen wij het artikel niet vergoeden";
- "Wij kunnen geen coulance meer tonen".

Deze smoesjes van verkopers zijn in strijd met het consumentenrecht en worden gebruikt in een poging proberen de consument over te halen om af te zien van het uitoefenen van zijn rechten. Zolang de verkoper dergelijke excuses gebruikt om de uitoefening van de rechten van de consument onmogelijk te maken, verloopt de termijn waarbinnen de consument melding moet maken van het gebrek, niet (art. 7:23 lid 2 BW).

Conformiteit of wettelijke garantie: u hebt recht op een deugdelijk product (art. 7:18 BW)

Het is heel simpel: als een product binnen zes maanden gebreken vertoont, wordt het geacht nooit aan de wettelijke eisen te hebben voldaan (art. 7:18 lid 2 BW). De wettelijke eisen houden in, dat een product moet beantwoorden aan de deugdelijkheidseisen: u moet het product kunnen gebruiken, zonder dat het gebreken vertoont. Deze conformiteitseis wordt ook wel "wettelijke garantie" genoemd. Een kledingstuk dat met scheuren uit de verpakking komt of na één of twee keer dragen al uit elkaar valt, voldoet níet aan de conformiteitseis. Ook mag het niet gebeuren dat de verf van een kledingstuk is uitgelopen na het wassen volgens de instructies.

Sommige producten zijn bestemd om langer mee te gaan dan zes maanden. In het geval van een wasmachine of koelkast is een gebrek dat ná de wettelijke garantietermijn van zes maanden ontstaat, ook een gebrek dat maakt dat het product niet aan de conformiteitseis voldoet.

In het geval van non-conformiteit mogen verkopers niet schermen met "de garantie op het product is verlopen" en "wij kunnen geen coulance meer tonen". Dit is misleiding. U kunt de koopovereenkomst ontbinden (art. 7:22 BW) of vervanging eisen (art. 7:21 BW). De verkoper heeft de plicht om voor terugstorting van de koopsom (art. 7:22 BW), of zo mogelijk voor herstel of voor vervanging van het product te zorgen (art. 7:21 BW).

Ga niet akkoord met een excuuspraatje van verkopers, dat de winkelgarantie al is verlopen. De verkoper kan en mag uw recht op een deugdelijk product niet onmogelijk maken.

2. Wat als de verkoper aangeeft een second opinion in te moeten winnen bij een fabrikant, als u de overeenkomst hebt ontbonden vanwege de ondeugdelijkheid van een product?

Dit is nog een geliefd excuus van verkopers: de expertise van de fabrikant moet worden ingewonnen, zolang de second opinion er nog niet is, kan het geld niet worden teruggestort. Dit is echter een kwestie die de consument niet aangaat. De verkoper is namelijk belast met het terugbetalen of zorgen voor vervanging of herstel van een ondeugdelijk product. Het is voor rekening en risico voor de verkoper, die op zijn beurt een vordering krijgt op de producent. U hebt er niets mee te maken dat de verkoper verhaal moet halen op de producent. Ga dan ook niet akkoord met het excuus dat de verkoper niet aan de plicht kan voldoen om u een deugdelijk product of terugbetaling te bieden, omdat het oordeel van de fabrikant nog moet worden afgewacht. 

3. De verkoper geeft aan dat de termijn voor retour is verstreken
Bij online aankopen en andere koopovereenkomsten op afstand, geldt een wettelijke retourtermijn. De rechtsfiguur is "herroeping van de koopovereenkomst", ook wel bedenktijd of recht van retour genoemd. Het recht van retour houdt in, dat u de op afstand gesloten koopovereenkomst zónder reden mag ontbinden.

Het kan gebeuren dat het defect van een ondeugdelijk product binnen de nog lopende retourtermijn wordt ontdekt. Dan loopt het recht van retour samen met het recht op ontbinding van de overeenkomst vanwege een ondeugdelijk product. In het geval van een ondeugdelijk product is echter niet relevant dat de termijn voor herroeping is verlopen. Het gaat immers om een defect. Het gaat er niet om dat u spijt hebt van uw aankoop, maar dat u een gebrekkig product hebt ontvangen.

Klachtplicht
In het geval van een ondeugdelijk product hebt u een klachtplicht. Dit houdt in, dat u het gebrek in het product aan de verkoper dient te melden. De wet geeft aan dat u aan de eis van tijdige melding van het gebrek voldoet, indien u binnen twee maanden na ontdekking van het gebrek melding maakt aan de verkoper (art. 7:23 BW). 

4. De verkoper geeft aan, dat u een ondeugdelijk product niet terug kunt sturen omdat u het artikel hebt geprobeerd, of zelfs in gebruik hebt genomen
Met dit smoesje proberen verkopers de consument in verwarring te brengen: het recht op een deugdelijk product zou onder het recht op bedenktijd vallen. De verkoper stelt dat u een product niet uit de verpakking mocht halen, of dat u een product zonder prijskaartjes of een uit de verpakking genomen product niet mag retourneren. In twee opzichten is dit fout: enerzijds mag retour niet worden geweigerd als u een product hebt getest, anderzijds kan uw recht op een deugdelijk product niet worden ingeperkt met een beroep op het recht van retour door de verkoper.

Voor de duidelijkheid:

1. Het recht van retour/herroeping van de koopovereenkomst/bedenktijd binnen 14 dagen (art. 6:230o BW) is voor consumenten die spijt hebben van een online aankoop. Zij moeten het product op afstand kunnen testen en uit de verpakking kunnen nemen. Zij moeten zelfs een artikel kunnen passen, alvorens te besluiten de koopovereenkomst in stand te houden of deze te ontbinden. Dit omdat een artikel niet "even gepast of gemonsterd kan worden", zoals in een fysieke winkel mogelijk is.

2. Het recht op een deugdelijk product geldt voor álle vormen van (consumenten)koop. Wordt een gebrek in een product ontdekt binnen 6 maanden na sluiting van de koopovereenkomst, dan is niet voldaan aan art. 7:18 lid 2 BW en ontstaat recht op herstel (art. 7:21 BW) of terugstorting van het aankoopbedrag na ontbinding van de overeenkomst (art. 7:22 BW).

3. De termijn voor het recht van retour kan samenlopen met de termijn voor recht op herstel of terugbetaling vanwege een gebrekkig product. De verkoper kan u voorstellen om het gebrekkige product binnen de retourtermijn van art. 6:230o BW terug te zenden. In dit geval bent u niet verplicht om een reden voor ontbinding van de koopovereenkomst op te geven, maar u kunt dit wel doen om aan te geven dat het product gebrekkig is. Als u gebruik maakt van het voorstel van de verkoper en de overeenkomst onder toepassing van art. 6:230o BW ontbindt, dient u onverwijld, maar uiterlijk binnen 14 dagen na de ontbinding, het geld op uw rekening te ontvangen (art. 6:230r lid 1 BW). Geeft de verkoper in zijn eigen voorwaarden aan een kortere termijn voor terugbetaling te hanteren, dan dient de verkoper zich hieraan te houden.

Als de verkoper onrechtmatig mijn consumentenrechten inperkt..
Naast de hiervoor genoemde smoesjes, kan de verkoper ook simpelweg niet reageren op uw verklaring van ontbinding van de koopovereenkomst, of de termijn voor terugbetaling zonder verdere berichtgeving laten verstrijken. U dient met ingang van de uiterste termijn waarop de verkoper niet over de brug komt met terugbetaling, een ingebrekestelling te sturen. Dit doet u door aan te geven dat de termijn is verlopen. Reageert de verkoper alsnog niet?

Dan hebt u de volgende mogelijkheden:
- Dien een klacht in bij de Thuiswinkel Waarborg. Bij deze organisatie kunt u de verkoper opzoeken en het klachtenformulier invullen. Thuiswinkel Waarborg kan u verder helpen in de klachtenprocedure;
- Dien een klacht in bij klacht.nl en klachtenkompas.nl;
- Dien een klacht in bij de ACM. De ACM kan de verkoper eventueel een boete en openbare berisping opleggen vanwege schending van het consumentenrecht.

zondag 26 september 2021

Realisatiepunten om vermijdbaar leed te voorkomen: COVID verspreidt zich aërogeen, in de incubatietijd (zonder klachten) en via-via (tertiair)

2020/2021

Een traumatiserend schandaal: vermijdbaar leed
Het is niet traumatiserend dat adequate maatregelen moeten worden getroffen om een pandemie te beëindigen. Het is traumatiserend dat Nederland en sommige andere westerse landen een model van "ongecontroleerde verspreiding" hebben geadopteerd en dat met dát doel voor ogen, nooit maatregelen ter bestrijding van de SARS-CoV-2-pandemie zijn getroffen. Het ergste leed is dat de medische sector zwaar is getroffen en dat (reguliere) ziekenhuiszorg een kwestie van roulette is voor patiënten, die zich in hun toch al kwetsbare positie moeten overleveren aan een gevaarlijke toestand. Dat in de ziekenhuizen patiënten worden besmet doordat bezoekers en personeelsleden géén > FFP2 dragen, is een onvergeeflijk en onvergetelijk schandaal. Het gaat om totaal onnodig want vermijdbaar letsel. Aërogene transmissie niet willen bestrijden binnen de ziekenhuizen is wetens gezondheidsschade bij en de dood van patiënten berokkenen.

Illusoire maatregelen houden de pandemie draaiende
Hoe hardnekkig, dat mensen zichzelf hebben wijsgemaakt dat Nederland ooit maatregelen heeft ingevoerd. Die zijn illusoir. Zinloze maatregelen zoals "1,5 meter-afstand", "handen ontsmetten" en "ellebogen schudden in plaats van handen schudden" zijn zelfs reeds 2 eeuwen geleden ontkracht, omdat het concept van aërogene transmissie (verspreiding via de lucht, de hoofdroute van de verspreiding van virussen) vorm had gekregen. Het is nooit een controversieel onderwerp geweest onder (aërosol)ingenieurs. Politici en toegeeflijke media hebben bewust het beeld gevoed dat dit virus slechts via oppervlakken en directe druppels zou worden verspreid, om de bevolking beïnvloedbaar te maken voor het scenario-groepsimmuniteit.  

De realiteit is dat dit SARS-virus via gasdeeltjes in de lucht wordt overgebracht door mensen die nog geen gezondheidsklachten hebben. In de incubatietijd, de tijd die verstrijkt tussen besmetting en het optreden van klachten zoals niezen en hoesten, zijn mensen het besmettelijkst. In deze presymptomatische of zelfs asymptomatische fase is de besmettelijke virale lading het hoogst. Mensen brengen het virus over door de ademen en te praten. Mondneusmaskers die goed aansluiten en hoge filtercapaciteit hebben (minstens FFP2) zijn de belangrijkste middelen om verspreiding van het virus tegen te gaan. 

Bizar genoeg heeft een groot deel van de bevolking zich wijs laten maken dat zij zichzelf niet dienen te beschermen tegen het virus. Dit deel van de bevolking is niet in staat om logisch te denken en gelooft de onderbuikgevoelens die door het hoofd van het RIVM zijn verspreid om zo snel mogelijk "groepsimmuniteit" te kunnen bereiken: mondneusmaskers zouden niet werken, zelfs al zijn legio wetenschappelijke publicaties, onder meer uit de gelederen van het Ministerie van VWS zélf, voorhanden die de effectiviteit van FFP2/FFP2 in de preventie van aërogene verspreiding aantonen.

Gelukkig is niet iedereen zo cognitief aangedaan en ongeëduceerd dat massaal verheugd wordt gereageerd op het afwezig zijn van beschermende maatregelen, maar een groot deel van de natie wordt kennelijk wel blij van de gedachte dat men in Nederland vrijelijk geïnfecteerd mag worden en naasten mág infecteren. Iedere poging tot een adequate maatregel wordt door dat soort volk gezien als een bedreiging van de vrijheid om besmet te raken en anderen te besmetten. Zo werkt het niet met het grondrecht op vrijheid, maar dat is uiteraard te moeilijk te begrijpen voor ze.




zaterdag 28 augustus 2021

De kookboekeditie [Mercedes Bouter: een scheikundige blik op voeding, immunomodulatie, antitrombose en cardioprotectie]

2020/2021

In de serie "Een scheikundige blik op voeding", bespreek ik de biochemische mechanismen die ten grondslag liggen aan immunomodulerende, ontstekingsremmende, cardioprotectieve en antitrombotische activiteiten van voedingsstoffen. Ik doe nooit stellige uitspraken over de voordelen van voeding, omdat het metabolisme van voedingsstoffen verder moet worden onderzocht.  

De opname en stofwisseling (wat aan nuttige stoffen voor het lichaam overblijft na verwerking van het voedsel in de lever, nieren en darmen) van sommige voedingsstoffen is schijnbaar matig. Geloof daarom nooit in het bestaan van "wonderbaarlijke voedingsstoffen" of in de eigenschappen die worden toegedicht aan zogenaamde "superfoods". Het enige wat met stelligheid kan worden gezegd, is dat er in het lichaam zelf aanwijzingen zijn dat sommige voedingsstoffen ontstekingremmende, anti-oxidatieve en immunomodulerende eigenschappen hebben [in het lichaam bevinden zich bijvoorbeeld volop receptoren voor het steroïdhormoon dat in de volksmond vitamine D heet, M.B.]. 

Voor alles geldt: overdrijven is niet goed. Met voedsel dat rijk is aan anti-oxidanten moet niet worden overdreven, omdat een overschot aan anti-oxidanten juist oxidatieve celstress op kan leveren. Voedingsmiddelen met vermeend positieve eigenschappen (spinazie, koffie, cacao, andijvie) moeten ook niet dagelijks in overvloed worden gegeten en gedronken, omdat het oxaalzuur in deze producten de opname van calcium kan belemmeren.

Ik zal enkele voorbeelden geven van voedingsmiddelen die rijk zijn aan antioxidanten en die zeer waarschijnlijk ontstekingsremmende en immunomodulerende eigenschappen hebben. Het klinkt misschien niet zo opwindend om van "waarschijnlijk" te spreken, maar torenhoge verwachtingen van voedsel en "foodies" zijn niet terecht!

Recepten voor kleurrijk voedsel met quercetine, anti-oxidanten, zeaxanthine en flavonoïden

1,5 kilo rode ui en/of gele ui;
Rode, groene en oranje of gele paprika’s (“tricolore”);
2 bollen knoflook;
2 á 3 chilipepers;
2-3 bakjes (kastanje)champignons;
Een flink stuk gember (>3 cm);
Specerijenmix, zelf samengesteld: kerriepoeder, komijn, kurkuma, cayenne, komijnzaad;
Taugé;
Optioneel: kip;
Optioneel: linguine of spaghetti;
Roomboter

Snijd de ui en paprika in kleine stukjes. Pel 1 tot 2 bollen knoflook en snijd ze in heel kleine plakjes of gebruik een rasp. Wees niet bang voor de knoflook: zelfs deze hoeveelheden zullen opgaan in de mix zonder te overheersen. Gebruik latex of nitril handschoenen of een vork en een mes om 2 chilipepers in stukken te snijden en in kleine ringen te snijden. Het "scherpe" deel van een chilipeper is de schil, die capsaïcine bevat. Vetstoffen absorberen capsaïcine. Door boter toe te voegen tijdens het koken wordt de mix minder scherp. Schil 3 cm of meer gemberwortel met de rand van een grapefruitlepel. De schil komt er verrassend gemakkelijk af. Je kunt de gemberwortel raspen of julienne snijden. Sommige gemberwortels kunnen erg draderig zijn. Dan is het handiger om een handrasp met kleine gaatjes te gebruiken.

Maak een specerijenmix bestaande uit kerrie, komijn, kurkuma, peperpoeder en komijnzaad. Snijd de champignons in plakjes. Je kunt een gietijzeren pan of een braadpan gebruiken. Het voordeel van een gietijzeren pan is dat de mix niet snel aan de bodem blijft plakken. Stoof de plakjes champignons in een kleine hoeveelheid plantaardige olie (1 lepel) tot al het water is verdampt. Haal de champignons eruit en bewaar ze op een hittebestendig bord. Stoof de groenten in een eetlepel olie. Voeg tijdens het proces de mix toe. Kies je voor een hoge temperatuur, blijf dan het geheel roeren met een pollepel! Als het water is verdampt, voeg je de champignons toe. Draai het deksel op de pan en verlaag de temperatuur.

Haal de kip uit de koelkast. Dep de kip droog met dik keukenpapier. Gebruik een apart, hittebestendig bord voor het verwerken van rauw kippenvlees; spoel het bord onmiddellijk na het bewaren van rauwe kip af met kokend water. Bak de kip in een koekenpan. Gebruik zonnebloemolie of een andere plantaardige olie. Kippenvlees moet altijd goed doorbakken zijn om besmetting met salmonellabacteriën te voorkomen! Is de kip goed doorbakken? Snijd het vlees in kleinere stukken op een schoon bord. Voeg de kip toe aan de groenten. Voeg als laatste de taugé toe. Eet nooit rauwe taugé, omdat deze E.coli en salmonella kan bevatten.

U kunt er nu voor kiezen om spaghettini, linguine, spaghetti of noedels toe te voegen, afhankelijk van de gewenste dikte. 

 






Rode kool salade
- 1/2 rode kool (optioneel: een kwart witte kool en een kwart rode kool);
- Rozijnen;
- Mayonaise of slasaus;

- Citroen;
- 1 gele ui;

- 2-3 cm geraspte gember (optioneel)

Verwijder de buitenste laag van de kool en verdeel de kool met een mes. Gebruik een rasp met middelgrote gaten om de kool te raspen. Pel de ui en rasp. Voeg een paar lepels mayonaise of slasaus toe. Voeg rozijnen toe. Pers een halve citroen uit en giet het citroensap over de mix. U kunt ervoor kiezen om 1 inch geraspte gember toe te voegen, maar overdrijf deze combinatie niet, want gember en citroensap kunnen smaken naar "afwaswater"!


Witte kool-/spitskoolcurry
- 1 spitskool of witte kool;
- 3 preien;
- 3 gele of rode uien;
- 2 chilipepers;
- 3,5 cm gember;
- 1 bol knoflook;
- 1 theelepel 5-specerijenmix;
- venkelzaad;
- cayennepeper, gemalen;
- komijnpoeder;
- kaneel gemalen;
- optioneel: kip, bacon of curry zonder vlees