zondag 25 februari 2024

Het bezwaarlijke aan persoonlijkheidsassessments: het zijn contextvrije, aannamegebaseerde tests

Voor een kennismaking bij een bureau voor werving en selectie, moest ik een persoonlijk assessment invullen. Een soort psychologische test: na afloop zou een persoonlijkheidsprofiel worden opgemaakt.

De MBTI/Myers-Briggstest mag niet worden gebruikt, omdat het pseudowetenschappelijk is (de test is voor vrouwenbladen ontworpen)
Eén bureau waar ik me in wilde schrijven, heb ik links laten liggen omdat het verplichte onderdeel de afname van een Myers-Briggstest was. In de wetenschappelijke wereld mag de MBTI niet worden afgenomen, omdat het een pseudowetenschappelijk iets is. Het is geen instrument, de ontwerpers waren fans van Jung die aan de keukentafel voor een vrouwenblaadje een horoscoop-achtige categorisering van "persoonlijkheidsprofielen" bedachten. Na introductie werd de MBTI door bedrijven in de olie-industrie gebruikt als marketinginstrument.

Het problematische aan de MBTI is dat verschillende branches de test ten onrechte als betrouwbaar zien. Er bestaat in werkelijkheid niet zoiets als een "persoonlijkheidstype". Myers en Briggs beoefenden psychologie van de koude grond, ze hadden geen wetenschappelijke educatie. De persoonlijkheidsprofielen zijn dus uit de duim gezogen en bovendien gebaseerd op een filosofische discussie van Jung. Volledig uit de context van een filosofisch vraagstuk, zijn mensen werkelijk gaan denken dat de wereld is te verdelen in introverte en extraverte mensen.

De Myers-Briggstest mag officieel hooguit worden gebruikt binnen de kaders van discussies over intuïtieve psychologie. De validiteit kan bij herhaling niet worden vastgesteld, zo maakt de analyse van de American Psychology Association duidelijk.

Wetenschappelijk is meerdere malen geprobeerd het bestaan van introversie "aan te tonen". Het enige wat ooit geconcludeerd is, is dat de verwerking van informatie bij mensen verschillende circuits kán volgen, maar dat de meeste mensen ambivert zijn in hun informatieverwerking. Er bestaan geen twee uiterste persoonlijkheidstypen. Helaas gaan mensen geloven in niet bestaande dichotomieën en worden pseudo-psychologische modellen als succesvol gepresenteerd bij alle beroepsgroepen. Weigeren om deel te nemen aan tests zonder fundament, wordt gezien als weigering om deel te nemen aan een proces van groepsassessments of selectierondes.

Het persoonlijkheidstype, zoals in de Big Five, is een belachelijke versimpeling van de mens. Zo ook het enneagram: mensen zouden zijn in te delen in perfectionist, leider, helper, romanticus, bemiddelaar, observeerder of loyalist. Het kernkwaliteitenmodel kent nog grotere beperkingen, door kunstmatig te beschrijven wat de valkuilen zijn van iemand met bepaalde specialiteiten.

De werkelijkheid is dynamisch. Persoonlijkheidstests zijn per definitie contextvrije tests met algemene aannames. Zo heb ik veel weerzin tegen de volgende vragen en stellingen:

"Hoe tevreden bent u met uw leven? Geef een cijfer op de schaal van 1-10";
"Ik vind dat ik veel invloed heb op hoe mijn leven verloopt";
"Ik ben in staat om mijn toekomst te sturen";
"Ik heb het gevoel dat ik genoeg familie heb om op terug te vallen".

Ik geef mijn persoonlijke contextschets om te illustreren, waarom deze persoonlijkheidstests me een ergernis zijn.

Ik ben niet blij om er te zijn, omdat het leven ontzettend leeg is zonder familie. Ik heb feitelijk niets om naar uit te kijken zonder naasten. Dat betekent niet dat ik een depressieve kijk op het leven heb of onder anhedonie lijd
Als het kan, vermijd ik het geven van cijfers. Ik vind het zinloos om op een schaal van 1-10 aan te geven hoe tevreden ik ben of hoe sterk ik geloof hecht aan een bepaalde opvatting.

De grootste ergernis is de stelling "Ik heb het gevoel dat ik genoeg familie heb om op terug te vallen".  Ik kan er niets aan veranderen dat ik na het verlies van de belangrijkste persoon in mijn leven, niemand heb om op terug te vallen. Ik kan er ook niets aan doen dat mijn familiegeschiedenis is uitgewist door een waardeloze adoptieconstructie. Het is niet mijn perceptie dat ik geen naasten heb om op terug te vallen, ze zijn er niet. Wat vrienden betreft: die mensen die erop stonden om ons te helpen in moeilijke tijden, hebben ons keihard laten barsten. Op vrije dagen sta ik alleen op, ben ik heel de dag alleen en ga ik alleen naar bed. Het is akelig om niemand te hebben om eens een warm thuis te ervaren.

Het heeft geen zin om tegen te werpen dat ik dan maar vrienden in mijn omgeving moet zoeken: in deze buurt heeft niemand sociale interesses. De jongeren van mijn leeftijd zitten allemaal binnen voor hun tv. Sommigen heb ik nog nooit buiten gezien. Ik heb het nodige geprobeerd,  zelfs op gemeentelijk niveau, maar de onverschilligheid bij de mensen hier is groter dan de interesse om anderen te ontmoeten. Ik ga naar evenementen, ik zeg niet snel "nee" tegen een feest en ik kan met veel mensen overweg. Dat zegt niet dat ik direct veel vrienden heb (al hebben mensen altijd gedacht dat ik veel vrienden heb).

Nadat ik uit mijn huis ben getrapt omdat de verhuurder de huur wil verhogen na de dood van mijn moeder, ben ik in een onleefbare omgeving gekomen. Dat er al twee aanslagen zijn gepleegd in de drie maanden dat ik hier woon, is nog niet alles wat het onleefbaar maakt. Iedere dag zijn de bezopen gasten van de afhaalrestaurants tot 03:00 heisa aan het maken en iedere vrijdag en zaterdag is het uitgaanspubliek tot 05:30 aan het krijsen en hier bij het portaal tegen de deur aan het rammen.

Ik mis mijn huis, omdat ik de openheid mis. Iedere dag hier voelt als opgesloten zitten in een omgeving die nooit een thuis zal worden, vanwege de problemen in de omgeving, de akelige bouw (het is hier donker en koud) en de schade die de vorige bewoners hebben veroorzaakt in de woning. Het was hier smerig toen in de sleutels had gekregen.

Ik zwelg niet in zelfmedelijden als ik zeg dat ik ongelukkig en eenzaam ben. Dat betekent niet dat ik depressief ben of anhedonie heb. Ik mis het hebben van een naaste, ik vind het verschrikkelijk om geen plezier of inspiratie te kunnen delen. Juist omdat ik het tegenovergestelde ben van iemand die zich opsluit en afsluit voor anderen. Ik ben juist heel actief en zit altijd vol met ideeën. Ik ben niet een teruggetrokken vogeltje, maar ik zit hier wel gevangen in deze woonbunker. Ik zit vol met plannen en wilskracht en kan er niets mee. Maar ik wil ook eerlijk en onbevangen kunnen beamen dat ik de belangrijkste persoon in mijn leven kwijt ben en helemaal niet gericht ben op "gelukkig worden". Die ambitie vind ik zinloos.