zaterdag 10 augustus 2024

Prestatiedruk ~ Gebrek aan organisatie

Het is nogal geliefd om te zeggen dat de wereld anno 2024 veeleisend is en dat de prestatiedruk hoog ligt in de westerse maatschappij.

Ik denk daar genuanceerd over. Het dagelijks leven is juist extreem gericht op entertainment en "ontspannen!", "Neem je tijd!", "Denk aan je pauzes!", "Je werk kan morgen ook wel worden afgerond". Ieder onbewaakt moment zitten mensen van alle leeftijden op hun telefoon om naar onzinfilmpjes te kijken of te gamen. 

(Het is overigens niet zo dat sociale media en smartphones de mens minder sociaal hebben gemaakt. Het is niet zo dat passagiers vóór 2010 wel met elkaar in gesprek gingen in de trein, of dat er op straat diepere conversaties plaatsvonden. Mensen zijn blij dat ze geen ongemakkelijke stiltes meer hoeven te verduren. Het "liftstaren" met onbekenden wordt zelfs ondervangen door tussenkomst van de telefoon)

Wat is prestatiedruk eigenlijk? Op de universiteit ging het geregeld over de druk om alle tentamens en de scriptie te moeten halen, bijbanen te hebben en voor naasten te zorgen. Dat is niet anders dan voor de vorige generaties. Het is niet extreem om van een student te verwachten dat de tentamens worden gehaald. 

Zo is het ook niet veeleisend om te verwachten dat werknemers, managers en ook werkgevers doen waarvoor ze worden betaald. 

Ik zie precies waar het wél aan ligt, dat mensen onredelijke druk ervaren.
Dat heb ik in enkele grote organisaties bemerkt. Het ligt aan een gebrek aan organisatie en efficiëntie, maar ook aan het ontbreken van een aanspreekpunt- een vertrouweling die weet met welke uitdagingen en belemmeringen mensen in een organisatie te maken krijgen. Iemand die knelpunten bespreekbaar maakt, in plaats van ze te ontkennen. 

Als mensen in een organisatie een bepaalde kennisoverdracht missen, geen aanspreekpunt hebben om op gelijkwaardig niveau mee te praten en als het overzicht kwijt is, gaan het tempo en de efficiëntie omlaag. De zaken stapelen zich op, waardoor iedereen uiteindelijk overspoeld raakt.

Wanneer niemand de leiding neemt of niemand openstaat voor kritiek en de frustratie toeneemt, gaat de moraal omlaag. Mensen werken dan met een blik van "Het zal wel" en "Iedereen doet maar wat".

Vaak wordt gepleit voor meer salaris. Er is niets mis met opkomen voor je waarde en afdwingen dat je inspanningen mogen worden beloond. Het is alleen niet genoeg om de werkdruk in inefficiënte organisaties weg te nemen. 

Daarvoor is het vooral belangrijk om organisatorische problemen bespreekbaar te maken en de belemmeringen te erkennen.
Het kan zijn dat een ict-systeem niet goed functioneert of niet is aangepast aan de werkzaamheden. Dan werkt het averechts om dagelijkse belemmeringen te ontkennen.

Het werkt ook niet om te doen alsof het aan de werknemers ligt en problemen te reduceren tot "Dat is jouw ervaring". Dat is het onterecht persoonlijk maken van problemen die in alle sectoren worden ervaren- van de zorg en het onderwijs tot het bestuur.

Ik weet zeker dat iedereen in een organisatie baat heeft bij het hebben van een aanspreekpunt- en dat moet vooral iemand zijn die op gelijkwaardige tred staat, maar wel veel ervaring heeft. 

Ik ben zelf van het type-"Alles direct bespreekbaar maken". Ik heb er géén zin in en zie er ook niet het nut van in om over belemmeringen te zwijgen en onverschillig te worden. Niet iedereen en niet iedere organisatie zal dit waarderen; onterecht wordt het assertief bespreken van knelpunten als confronterend gezien. In de Nederlandse cultuur en in dit tijdperk is passief-agressief gedrag de norm. Mensen houden hun mond net zolang tot ze wrok koesteren en ventileren hun ongenoegen door achter de rug van anderen om te lullen. Of ze uiten zich uiteindelijk en verliezen zich in ordinair jijbakken ("..maar jij!").

Ik kan diplomatiek doen en mijn visie voor me houden. Ik kan ook passief-agressief worden en mijn gevoelens verbergen. Toch kies ik er bewust voor om me te uiten. Ik doe dat niet met verwijten en niet met drogredenen.

Ik doe het precies zoals ik het voel: ik zeg "Weet je wat ik frustrerend vind?". Daarna vertel ik wat ik precies ervaar. De meeste mensen staan dan wél open voor een gesprek. Het begint met begrip of herkenning. 

Die lijn zou moeten worden doorgetrokken naar de organisatiecultuur. Niet op een lokaal niveau, maar binnen de meeste sectoren.