zondag 3 maart 2024

Eenzaamheid is anders dan depressie of niet sociaal zijn (ik ben juist actief, vrolijk en heb altijd aanspraak, maar dat betekent niet dat ik gelijkwaardige contacten heb in mijn omgeving)

Als ik zeg dat ik eenzaam ben, krijg ik altijd te horen: 'Jij?!!', 'En je bent vrolijk', zelfs 'Jij kunt toch iedereen krijgen, jij hoeft toch nooit alleen te zijn?!'

Mensen missen de essentie. Ik heb het onderwerp eens voorgelegd aan een psycholoog, die begon over negatieve gedachten die tot eenzaamheid leiden en sociale terughoudendheid. Ik herkende me daar niet in: ik ben niet bepaald teruggetrokken. Ik ben nog nooit bang geweest dat iemand een oordeel over me heeft en ik heb niet die innerlijke criticus die me weerhoudt om met mensen te praten of (praktisch) presentaties te geven. Ik ben niet zoals anderen.

Waarom kies ik ervoor om over eenzaamheid te praten?

Ik ben de aangewezen persoon om over "onaangename" onderwerpen te praten. Ik heb geen zelfmedelijden en ik heb het moeilijkste wat mensen mee kunnen maken allemaal zelf moeten verwerken omdat ik geen naasten heb (ik ben geen Nederlander en heb na het verlies van mijn moeder geen familie meer omdat ik niet waar in Oost-Europa ze wonen).

Ik ben vocaal over moeilijke onderwerpen en het onaangename. Het is niets voor mij om het voor mezelf te houden. Juist omdat ik geen kwetsbaar karakter heb, past het echt bij mij om me uit te spreken. Ziekten, dood, eenzaamheid en ongelukkigheid moeten geen taboes zijn!

Bovendien zie ik heel helder in waarom jongeren niet over eenzaamheid praten. Het komt door de vervelende tendens van mensen om het onaangename met toxische positiviteit af te dekken, door de "schuld" bij de persoon zelf neer te leggen en stigma, dat "iets mis moet zijn" met degene die onder eenzaamheid lijdt.

Ik houd ervan om mensen te ontmoeten en heb altijd aanspraak. Dat is niet hetzelfde als in de eigen omgeving veel mensen hebben om mee om te gaan!
Ik houd juist heel erg van mensen ontmoeten, evenementen, feesten, praten met mensen die ik tegenkom, onderweg, in het ov. Ik heb aanspraak. Op bijeenkomsten word ik altijd benaderd. Ik ben van nature een prater. Nog nooit heb ik om woorden verlegen gezeten, dus ik voel geen terughoudendheid als ik mensen ga ontmoeten.

Ik merk dat ik gedurende mijn schooltijd vaak geen aanspraak had onder mijn leeftijdsgenoten, omdat ze me geestelijk rijper vonden. Ze dachten dat ik op jonge leeftijd al op mezelf woonde en alles zelf kon bestieren. Ze dachten ook dat alles me makkelijk af ging en dat we daarom weinig aanknopingspunten zouden hebben. 

Ik heb geen last van het "buitenstaander"-syndroom, ik heb simpelweg nooit iets gehad met cliques
Maar misschien is het ook iets cultureels en stedelijks: Nederlandse, stadse ouders benadrukten dat iedereen pas "normaal" was als ze net als zij dachten, op dezelfde manier hun vakanties doorbrachten, hetzelfde aten en hun sociale leven in groepjes zonder buitenstaanders hadden. Naar anderen toe was de mentaliteit "Jij hoort er niet bij, het is ieder voor zich als jij niet in ons groepje zit". Ik kon het goed vinden met expats. De weinige schoolvriendinnen die ik had, kwamen uit Portugal en Iran. Ik heb ze maar kort meegemaakt, omdat ze weer terug zijn gegaan met hun ouders. 

De meeste leerlingen en zelfs universitair studenten waren onderdeel van cliques. Ik hoorde niet bij een clique. Tijdens practica of Masterclasses viel me iedere keer op dat ik goed kon opschieten met studenten die binnen de reguliere colleges altijd in hun clique zaten. Ik leerde medestudenten pas echt kennen, als mens, als eigen persoonlijkheid, als ze niet door hun vaste groep zaten. Vanaf de basisschool werd het vormen van cliques hier al gevoed; we moesten groepen samenstellen om 3 jaar mee door te brengen. Ik had geen enkele groep waar ik het echt mee kon vinden. 

Ik heb vrienden, maar niet in mijn eigen omgeving
Wat maakt het moeilijk om vrienden te vinden? Ik heb ze wel gevonden, maar de afstand is groot. In mijn eigen omgeving heb ik ze niet. Ik kan het wel snel met mensen vinden, dat is niet het probleem, maar situationeel gezien heb ik hier in mijn omgeving weinig tot geen mensen die even bij me binnenlopen (zoals ik ben opgevoed: openheid en gezelligheid). De culturele interesses zijn hier ook 0,0. Ik houd van dansen (Paso, tango, samba, buikdansen, dat doe ik zelf allemaal), praten, eten, muziek. 

Het zijn allemaal duidelijk uitingsvormen die me altijd hebben getrokken. Ik heb een intrinsieke drive tot expressie, niet tot thuis op de bank achter de tv zitten, feiten vergaren of verzamelen en al helemaal niet tot passief neerploffen en snoepen (ik houd zelfs niet van zoet!). 

Ik ben niet depressief, maar mis in mijn omgeving de mogelijkheden om iets te doen met wat ik kan en wat mij allemaal interesseert. Dat gemis, naast het missen van mijn familie, van mijn naaste, is wat een stempel op mijn bestaan drukt. Het is alsof ik steeds in een kooi word geduwd terwijl ik een grote hang naar openheid en vrijheid heb. 

Eenzaamheid vind ik zonde.