vrijdag 18 december 2015

Basiskennis straf(proces)recht: deelnemingsvormen (1): medeplegen

Overeenkomsten en verschillen
Plegers, medeplegers, uitlokkers en doen plegers zijn daders. Medeplegers, uitlokkers, doen plegers en medeplichtigen zijn deelnemers. Medeplichtigheid aan een overtreding is uitgesloten, omdat de strafbaarheid van een te gering niveau is.
Het lijkt voor zich te spreken dat medeplichtigen het daderschap plegen te missen, maar de grens tussen medeplegen en medeplichtigheid kan erg subtiel zijn. De casuïstiek biedt dan uitkomst.

Twee eisen gelden voor iedere deelnemingsvorm:
1. Dubbel opzet is gericht op de deelneming zelf en het volbrengen van het gronddelict. De methode van uitvoering van het delict is in dit kader niet relevant, zie ECLI:NL:HR:BC0780 (04-03-2008),  r.o. 3.4, waarin wordt besloten dat het voorwaardelijk opzet prevaleert, maar het opzet niet de precieze wijze van het begaan van het misdrijf omvat;
2. Accessoriteit houdt in dat van strafbare deelneming sprake is, indien het gronddelict in strafbare vorm plaatsvindt- hetzij door poging, voorbereiding of voltooiing.

Wat houdt het in als in de delictsomschrijving de zinsnede "benevens hun gevolgen" is opgenomen?
Door het gevolg gekwalificeerde delicten kunnen de deelnemer worden aangerekend, maar wordt een geheel ander delict gepleegd dan het door de deelnemer (bijv. uitlokker) beoogde delict, dan wordt in de regel slechts het gronddelict aan de deelnemer toegerekend.

Medeplegen
Typeert zich door gezamenlijke uitvoering (objectief) en nauwe, bewuste en volledige samenwerking (subjectief). Let erop dat de aangehaalde kenmerken uitputtend noch cumulatief zijn. Zij vormen indicaties bij het beoordelen van de deelnemingsvorm van medeplegen.

1. Subjectief: bewuste samenwerking
- Voor de invulling van het subjectieve aspect is het dubbel opzet een belangrijk criterium; er is opzet op het gronddelict en opzet op het gezamenlijk volbrengen van het delict (= vervullen van bestanddelen van de delictsomschrijving);
-  Het objectief gezamenlijk ("fysiek") uitvoeren kan worden gecompenseerd door initiatieven, zie in dit kader HR 17 november 1981, NJ 1983, 84/197: het in casu ter beschikking stellen van middelen en het initiëren van het plan duidt zodanig op nauwe en bewuste samenwerking dat er aan de objectieve zijde concessies kunnen worden gedaan.

2. Objectief: nauwe samenwerking
- De rollen van de deelnemers zijn in hoge mate inwisselbaar, zie HR 28 oktober 1934, NJ 1934, 1673;
- De medepleger dient een substantiële bijdrage te leveren aan het vervullen van de bestanddelen van het gronddelict;
- Het zich kunnen distantiëren wordt in omvangrijke jurisprudentie uitgewerkt. Hierbij zij opgemerkt dat distantiëren slechts indicatief is voor bewuste en nauwe samenwerking. Het nalaten zich te distantiëren van een delict is géén voorwaarde! Toch verdient het zich distantiëren nadere uitleg. De achterliggende gedachte is dat er een rechtsplicht tot handelen bestaat, indien betrokkene zich bewust is van de wederrechtelijkheid van een bepaald handelen. Het zich niet distantiëren is van belang voor het aanvaarden van de aanmerkelijke kans, hetgeen op voorwaardelijk opzet duidt.  Zie in dit verband de volgende arresten:

ECLI:NL:HR:1998:ZD0902: Opzet mededader: "..verdachte was zich bewust van het feit dat mededader een schietwapen bij zich had en [..] bewust de kans aanvaard dat het wapen zou worden gebruikt. Dat verzoeker die kans heeft aanvaard wordt bevestigd door het zich op geen enkele wijze distantiëren";
ECLI:NL:HR:2004:AR2187: Ontoereikend bewijs medeplegen doodslag (m.nt. mr. P.A.M. Mevis): "niet zonder meer is in te zien hoe verdachte zich had kunnen distantiëren";
ECLI:NL"HR:2008:BC6157: Rijswijkse stoeptegelmoord: "... dat de verdachte geen uitvoeringshandelingen heeft verricht en dat evenmin is komen vast te staan dat hij instemde met het gooien van de stukken stoeptegel. In het bijzonder in verband met dit laatste aspect heeft het Hof voorts overwogen dat van andere feiten of omstandigheden die zouden moeten leiden tot het oordeel dat sprake is geweest van een nauwe en volledige samenwerking, onvoldoende is gebleken.[...] dat de verdachte, ondanks de volgens het OM bij de verdachte aanwezige wetenschap over hetgeen stond te gebeuren, zich daarvan niet heeft gedistantieerd, in de gegeven omstandigheden onvoldoende is om de vereiste bewuste en nauwe samenwerking op te kunnen opleveren.  Dat oordeel geeft niet blijk van een onjuiste opvatting omtrent het begrip 'medeplegen';
ECLI:NL:HR:2014:3474 : Overzichtsarrest medeplegen: "Kwalificatie medeplegen is slechts gerechtvaardigd als de intellectuele/ materiële bijdrage aan het delict van voldoende gewicht is. [...] Daarbij verdient opmerking dat aan het zich niet distantiëren geen grote betekenis toekomt". 

Niet-cumulatieve indicaties voor het medeplegen zijn dus: 
> Dubbel opzet, inhoudende opzet op het gronddelict en opzet op de samenwerking;
> Initiatiefrijke rol compenseert fysieke afwezigheid aan de objectieve zijde;
> Rollen zijn in hoge mate inwisselbaar;
> Distantie/ zich niet distantiëren;
> Een substantiële bijdrage, in de vorm van uitvoeringshandelingen of het initiëren van een misdrijf.