'Zou je niet eens een vriend willen? Als dit gedoe voorbij is?'
- 'Nu al'.
'Waarom probeer je het dan niet? Je kunt toch iemand...'
- 'Wat, zomaar iemand nemen? Ik kan het toch niet afdwingen?!'
'Waar val je eigenlijk op?'
- 'Hoe moet ik het zeggen..... ik val op intelligente mannen'
[stilte...]
'Moet je je verwachtingen niet eens bijstellen? Als jullie, als intelligente mensen met vrij weinig zijn, dan kun je toch ook voor iets anders gaan?'
- 'Het werkt niet als er scheve verhoudingen zijn. Het gaat vooral om de stigma's. Als ik het vergelijk met vriendschappen: ik heb vrienden gehad die me vroegen of ik ze niet te dom vond. Ik heb het nóóit over intelligentie gehad met ze, met geen woord heb ik erover gesproken en tóch dachten ze dat ik op ze neer zou kunnen kijken'.
'Dat kun je niet verbergen, je merkt het aan iemands woordenschat, aan iemand taalgebruik, of mensen veel hebben gelezen...'
- 'Met sollicitaties heb ik met de stigma's te maken gehad. Op het OM had ik een sollicitatie voor een bijbaan in de afhandeling van schadeclaims. Er werd voorzichtig geopperd dat ik misschien hoogbegaafd was. Het oordeel was dat ik me zou gaan vervelen...
Zo is het met alles. Ik heb nooit kansen gekregen, omdat mensen maar direct voor me invullen dat ik me vast ga vervelen. Er was nog iets.....toen ik het gesprek had, was het pauze. Een vrouw stond een rauwe groene paprika te eten. Ze bekeek mij. De concurrentie begint al bij binnenkomst. Ik ben er helemaal niet mee bezig. Ik heb ook geen oordeel over hoe anderen eruitzien, ik heb nooit gevoelens van concurrentie gehad.
Ik heb zelf vanaf mijn 12e een lange geschiedenis met uitsluiting door vrouwelijke leeftijdsgenoten. Vanaf het moment dat ik naar het voortgezet ging werd over me verspreid dat ik balletdanseres zou zijn, dat ik voor een modellenbureau zou werken, dat ik anorectisch was en dat ik siliconen had laten plaatsen'
'Ja, maar daar moet je je niets van aantrekken'
- 'Dat doe ik ook niet. Maar het is ze wel gelukt om mijn vriendschappen met mannen kapot te maken. Zelfs toen de vriendin van een vriend meeging (we gingen met z'n drieën uit eten) was ze bezig om hem weer snel mee naar huis te krijgen. Ik heb hem daarna niet meer gezien. Het is altijd zo gegaan. Maar mijn moeder had het nog veel erger. Daar kun je je niets bij voorstellen. Ze mocht niet eens bij het huwelijk van haar jeugdvriendin aanwezig zijn en heeft nooit contact met haar op mogen nemen, omdat ze bang was dat haar man voor haar zou vallen'.
Dít alles bij elkaar, de stigma's over intelligentie en uitsluiting doordat afgunst meespeelt, bepaalt hoe mijn leven is geworden. Ik kan er soms nog niet over uit. Ik kan het met de meeste mensen niet openlijk bespreken omdat ze zo zijn van "Dan doe je vast zelf "iets"', "Dan geeft je zelf een signaal af", of een geliefde anekdote: "Mijn buurvrouw haar nichtje is heel knap en intelligent, maar die heeft wel vriendinnen, als je ze niet hebt zal dat wel aan je persoonlijkheid liggen".
Alles wordt in het negatieve getrokken, omdat de meeste mensen alles op zichzelf betrekken en alleen maar met zichzelf vergelijken. Dat referentiekader van veel mensen staat te sterk op de voorgrond. Het vergt intelligentie en sociaal invoelingsvermogen om niet gelijk met een oordeel klaar te staan en alles voor een ander in te vullen.
Eenzaamheid
Ik hoef niet deze afgezaagde onzin aan te horen:
"Alleen zijn is niet hetzelfde als eenzaamheid";
"Als je je eigen gezelschap waardeert, zul je nooit eenzaam zijn";
"Eenzaamheid bestaat alleen als je het toelaat, het is een mindset";
"Ga vrijwilligerswerk doen, dan ontmoet je veel mensen".
Het uitgangspunt is bij mij dat ik hoogintelligent ben. Het staat niet ter discussie wat precies de definitie is, ik ben intelligenter dan de meeste mensen die ik heb ontmoet (ook op de universiteit zijn intelligente mensen in de minderheid). Het gaat er niet om wat ík ervan vind, dat is niet relevant.
Anders dan betweters of onintelligente mensen, geef ik niet om reputatie en "gelijk hebben". Denken en praten over hoe anderen hun leven invullen, gaat niet in mij om. Het interesseert me niet wat een ander aan heeft of hoe mensen eruitzien, ik geef niets om "sportschoolprestaties" en rages. Ik zie het leven breder dan de obsessies waar mensen hun bestaan aan wijden.
Mijn bewustzijn is anders dan dat van de meeste mensen. Ik weet nu wel zeker dat ik anders denk en voel dan veel mensen die ik ontmoet. De eenzaamheid komt door twee nauw verweven factoren:
- Niet alleen spelen de stigma's rond begaafdheid een rol, ik haal ook absoluut geen voldoening uit contact met mensen die veel minder intelligent zijn en die vooral geen antennes hebben voor het sociale spel en de intenties van mensen. Ik heb er ook niets mee als mensen urenlang over geld zitten te klagen, of over kleine voordelen die ze hadden kunnen hebben;
- Ik ontmoet zelden gelijkwaardige contacten. Een misverstand over begaafdheid en intelligentie, is dat mensen met hogere intelligentie zich verheven voelen. Dat is het niet. Géén voldoening halen uit scheve verhoudingen is niet hetzelfde als "je verheven voelen".