donderdag 25 juli 2024

Ik wil terug

Iedere nacht, als ik in slaap val, verandert mijn omgeving in mijn normale omgeving. Ze zegt 'Ik ben er wel, alleen zien anderen mij niet'. 

Er gaat geen nacht voorbij zonder dat ik droom dat alles weer is als vóór eind 2022. Maar ook overdag ervaar ik dat bepaalde atmosferen me weer terugbrengen. Naarmate ik langer alleen ben, voelt het alsof mijn normale leven steeds korter in het verleden ligt.

Ik heb het nooit aan willen horen dat mensen zeggen 'Het kan vanaf nu alleen maar beter gaan'. Ze zouden die onzin eens tegen zichzelf moeten zeggen als ze de belangrijkste persoon in hun leven kwijt zijn. Er is helemaal niets positief aan verlies van en naaste en alleen achterblijven. Het is niet eens een leven te noemen. 

Mensen geloven dat verlies wordt gevolgd door rouw, acceptatie en het vinden van een nieuwe betekenis. Als je de dood van een naaste niet accepteert, zou het verstoorde rouw zijn. Dat soort pseudopsychologie doet geen recht aan de werkelijkheid. 

Mijn naaste was niet klaar met leven. Ze wilde helemaal niet dood. Aangezien haar dood niet uit ouderdom is, maar door de pech om getroffen te zijn door een mutatie, is het ook niet een kwestie van het "afsluiten van een mooi leven". 

Het is geen verbittering. Het leven is gewoon helemaal niets aan zonder naaste. Ik houd mezelf niet voor de gek met een toekomst, ik leef bij de dag. Ik heb geen grootse perspectieven en ook niets dat me fascineert. Ik heb het altijd al zinloos gevonden dat mensen zo gericht zijn op hun toekomst. 

Het enige in het leven dat ik belangrijk vond, was kunnen delen met een naaste- en de gezelligheid. Al het andere, zoals bezittingen en dure vakanties, kon me altijd al gestolen worden. 

Wij hadden een gedeeld gevoel voor humor en nog iets anders gemeen: dat we altijd écht voor een ander klaarstaan. Die openheid maakte dat we overal werden ervaren als mensen die je niet hoeft te léren kennen. Die openheid miste ik gelijk toen ik werd geconfronteerd met de realiteit, die zaterdagnacht toen ik na haar dood op straat werd gezet. 

Af en toe ontmoet ik mensen zoals zij. Ze zijn er weinig, maar ze zijn er wel. Misschien niet heel toevallig zijn het mensen met dezelfde etnische achtergrond. 

zaterdag 13 juli 2024

Alles komt niet altijd goed. Maar val anderen dan niet lastig met tegeltjesgezever en ongevraagd advies

Voor de zoveelste keer ging het gesprek plotseling over families, gezinnen en vakanties.

Ik snap dat mensen elkaar beter willen leren kennen en elkaars achtergronden willen begrijpen, maar ik heb geen trek in deze onderwerpen. Begrijp me goed! Ik vind het prima om over andermans reizen te horen en ben daar ook oprecht in geïnteresseerd. Van mijn beste vriendin en een vriend hoor ik ook graag over de reizen die ze hebben gemaakt. Maar zij voelen niet de plicht om "de wedervraag" te stellen en minder bekenden van me doen dat wel.

Ik heb geen familie, ik heb geen gezin, geen thuis, ik ben een vermogen kwijt geweest omdat ik na de dood van mijn moeder uit ons huis ben gegooid, ik ben in een verschrikkelijke woning in het centrum gedumpt waar ik geen buren meer heb en de overlast iedere nacht tot 05:00 doorgaat, ik heb geen leuk leven en ik wil niet op vakantie omdat ik geen naasten heb. Er zit geen verandering in die situatie en ik ben niet een naïef wezen dat gelooft dat in de toekomst alles ineens anders wordt. Dat is geen optimisme, maar hopeloos wensdenken en dat ligt niet in mijn aard, wensdenken. 

Anderen kunnen mij nergens van overtuigen. Ik geniet niet van het leven zonder mijn naaste. Geen vakantie, geen groepsreis, geen feest kan iets afdoen aan het nare gevoel dat ik nooit meer mijn naaste kan aanraken, niet meer kan delen, geen thuis meer heb. Ik mis de gezelligheid intens- want die was er altijd. Mijn naaste had hetzelfde bioritme, dezelfde humor en iets unieks: dezelfde heldervoelendheid. Dat is iets wat ik niet met een ander deel. Al het andere is slechts tijdelijk. 

Als mensen het over vakanties en gezinnen hebben, houd ik me bewust afzijdig. Mensen die goed zijn in subtiele signalen lezen, begrijpen dat ze niet door horen te zagen. Maar dat doen ze toch als ik er voor de zoveelste keer niet op inga. 

Het is niet dat het te gevoelig ligt; ik vind het niet passend dat mensen doorzagen. Mensen kennen geen etiquette meer! Ik heb geen moeite om over eenzaamheid, de dood en al het onaangename te praten en zou best het bovenstaande kunnen zeggen, maar dan zou de sfeer gelijk beladen zijn. Mensen willen immers dat alles maar leuk en lieflijk is en dat alles goedkomt, want realiteitszin gooit hun hang naar "leuk" overhoop. Denkt iemand dat het goed wordt ontvangen als ik mensen die boven hun bord met boterhammen hangen, eerlijk ga zeggen dat mijn leven kaal is na de dood van mijn meest belangrijke persoon? 

Wat ik vooral niet wil, is dat mensen aankomen met hun tegeltjeswijsheden, medelijden en ongevraagde adviezen. Ik heb in de context van ziekte en verlies een schijthekel aan:

"Komt goed", "Je wordt alleen maar sterker van tegenslag", "Alles gebeurt met een reden", "Je kunt ook dit doen om niet alleen te hoeven zijn", "Heb je dit al geprobeerd?", "Wat niet is kan nog komen", "Je kunt in de toekomst gelukkig worden".

Niemand kan iets met zulke dooddoeners. Mensen met ongevraagd advies volgen hun eigen advies nooit op. Ze willen zelf ook niet naar die onzin luisteren. Deze goedbedoelde opmerkingen kun je ook niet maken tegen intelligente mensen en heldervoelenden. Die ervaren wat andere mensen niet opmerken. Het verschil is dat mensen die vastzitten in en het leven ervaren volgens huis-tuin-en-keukentaferelen, niet veel gemeen hebben met mensen die álles in het leven waarnemen. 

Daar hoort bij dat mensen zoals ik een groot realiteitsbesef hebben en niets hebben met "in de toekomst kan alles beter worden". Ik leef niet in de toekomst. 

Voor mij geldt nog iets anders. Ik ben van een helderziende moeder en oma. Zij wisten wat hun toekomst voor ze betekende. Ze wisten ook al jong dat ze niet oud zouden worden. Het beheerste niet hun dagelijks leven, maar waarnemen van details over een moordzaak of zien aankomen wanneer de dood van kennissen zou plaatsvinden, is iets naars dat je met niemand kunt delen. Ik heb mijn helderziende momenten gehad en ben heldervoelend. 

Voor mij betekent het, dat ik binnen enkele seconden kan aanvoelen hoe de sfeer ergens is en hoe de mensen over elkaar denken. Ik heb nooit koudwatervrees en vind nooit iets spannend; ik kan accuraat invoelen hoe de hiërarchie en patronen zijn binnen groepen.

Ik voel ook de werkelijke emoties van anderen die ze proberen te verbergen, zoals schuldgevoelens, onvrede, twijfel en wroeging. Daar kan ik me doorheen navigeren, maar ik heb geen zin in de spelletjes die ze opwerpen om hun gevoelens te verbergen. 

"Hoe gaat het?"/"Heb je het leuk gehad van het weekend?"

Ik heb een hekel aan "Hoe gaat het"-vragen in de context van een oppervlakkig praatje. Niet omdat ik chitchat schuw- ik ben een geweldig leeghoofd en kan uren over niks praten. De hersenen hebben kennelijk de behoefte om over niksigheden te ventileren. Wat ik wél schuw aan chitchat, is geveinsde interesse.  Geveinsde interesse is een belediging. In mijn land van oorsprong wordt het zelfs als onbeleefd beschouwd om interesse of een glimlach te veinzen- en terecht. 

Oost-Europese directheid

Mijn oorspronkelijke cultuur is er één van directheid: je zegt gewoon in iemands gezicht wat je vindt, maar gaat niet achter de rug om over iemand kletsen. Dat zijn ze in de Nederlandse cultuur van de meeste dorpen en steden niet gewend, die directheid. Anders dan het cliché wil, zeggen veel Nederlanders absoluut niet waar het op staat. Ik heb het er met mijn mede-Oost-Europeanen weleens over. Zij zeggen: 'Veel Nederlanders vinden ons apert en temperamentvol'. 

Ik heb geen leuk verhaal om zo-even bij de koffie-automaat of tijdens het ochtendeten te vertellen. Ik wil er best eerlijk over zijn: mijn leven is nooit meer leuk geweest sinds ik alleen ben achtergebleven.

Zo heb ik ook nooit een leuk weekend. Ik ben alleen, ik geniet er niet van om alleen te zijn, maar er is geen oplossing. Mijn vrienden wonen aan de andere kant van het land. Af en toe bellen we en dan is het gezellig. Ze hebben een gezin waar ze het druk genoeg mee hebben, dus er is niet altijd tijd voor contact. Dat begrijp ik. 

Mijn buren, met wie ik goed kan opschieten, zitten ieder weekend bij familie. Ik geef ze geen ongelijk, wonen in dit centrum is niet leefbaar en niet gezellig. Als ik nog naasten had, zou ik hier geen moment blijven of ook zoveel mogelijk bij familie rondhangen. 

Ik zeg nooit iets uit zelfmedelijden. Maar mensen schijnen het nogal confronterend te vinden dat ik eenzaamheid erken en aanvaard als onderdeel van mijn bestaan. Als ik open praat over mijn leven, gaan mensen al snel van "Hoe gaat het?" naar ongevraagde tips als "Je kunt je ook aansluiten bij een club voor alleenstaanden" of "Heb je al aan een hobby gedacht?"

Het is een beladen term, maar: ik ben hoogbegaafd. Van het hyperactieve, heldervoelende type. Ik heb het tot vorig jaar nooit gezegd, omdat ik het vervelend vind dat mensen willen testen of ik wel hb ben. Mijn medestudenten merkten in het eerste blok van mijn eerste jaar al dat ik een fotografisch geheugen had en ze probeerden me voortdurend op een misser te betrappen. Zelfs mijn cijfers werden in de gaten gehouden. Dat komt door de mythe dat hoogbegaafdheid uitsluitend over excellente cognitieve prestaties gaat. Onderbelicht is wat ik heb: ik voel andere mensen aan, ik hoor en bemerk iedere nuance in de atmosfeer die ze beïnvloeden. 

Ik heb daarom niets aan "zoveel mogelijk mensen ontmoeten". Ik heb meer mensen nodig die bij mijn type aansluiten. Dat betekent niet dat zij ook hoogbegaafd moeten zijn! Het betekent dat ik behoefte heb aan mensen die tegen mijn hyperbeweeglijkheid kunnen en die zelf ook van praten, delen en snel schakelen houden. Aan mensen die van ironie, sarcasme en droge humor houden. Als ik die mensen niet om me heen heb, krijg ik vooral commentaar op wat anderen als "onrust" zien. 

Ik heb het vooral nodig om mensen om me heen te hebben die zich niet van aannames en dooddoeners bedienen. Niet alles in het leven valt te verbeteren- eigenlijk hebben mensen niet de controle over hun levensloop die ze dénken te hebben. 

Ik vind het altijd een verademing als ik mensen spreek die niet gelijk de (simplistische) drang voelen om te fixen. Ik kan botte eerlijkheid en harde, wrange humor waarderen. Maar dat "alles willen fixen" verdraag ik niet. Het is beledigend en kwetsend.

Goed om te weten: ik voel aan wie wel en niet is te vertrouwen. Sinds mijn kindertijd heb ik meerdere mensen ontmaskerd die door anderen als charmant en innemend werden gezien, maar psychopaten bleken te zijn. Hoewel niet iedereen een goede aard heeft, gaat mijn radar niet voortdurend af. Dit zegt dat de meeste mensen geen kwaad in de zin hebben, maar gewoon bezig zijn met hun dagelijks leven. 


donderdag 11 juli 2024

Bored out: verveling en traagheid zijn pijnlijk voor mij

Ik wist tot voor kort niet dat het bestond. Ik dacht dat er wéér een nieuw clichéwoord was verzonnen.

Bore-out. 

In een wereld waar iedereen het over overspannenheid/burn-out, stress en overprikkeling heeft, lijkt onderprikkeld raken een zeldzaamheid.

Toch is het fenomeen meer dan een beetje herkenbaar voor mij. Ik ben altijd beweeglijk, druk, spraakzaam (niet breedsprakig!) en vatbaar voor onderprikkeling geweest. Verveling voelt voor mij pijnlijk. Mensen die zeggen "Wacht maar af" en "Heb geduld", begrijpen niet dat alles voor mij toch al te langzaam gaat. Ik kan met alles stappen overslaan en ik heb geen rust nodig zoals anderen. Van traagheid ga ik juist achteruit in mijn functioneren. Ik voel dan een nauwelijks te onderdrukken drang om weg te rennen. 

Ik ben anders dan de meeste mensen die ik ontmoet. Het wordt bijna altijd aan me gevraagd: of ik hoogbegaafd ben. Onlangs vroeg weer iemand het me, ogenschijnlijk willekeurig. Ze merkte op dat ik zo snel was met verbanden leggen. Ja, ik ben hoogbegaafd. Niet van het type-wiskundige, niet van het type-verstrooide uitvinder. Ik ben van het hyperactieve type; ik doe alles tegelijk, sta vroeg op, val laat in slaap, loop dagelijks minstens een uur. Ik ben hyperflexibel, ongeduldig, een heethoofd, maar ik ben wel duidelijk en krijg werk gedaan. 

Ik krijg in mijn leven alleen maar met tegenslag te maken. Dat ik daar flexibel mee omga, komt niet door een "positieve instelling"; ik ben geboren om oplossingen te vinden voor moeilijkheden. Dat is niet alleen begaafdheid, maar karakter en misschien wel een etnische eigenschap. Mijn mede-Oost-Europeanen staan erom bekend onvermoeibaar te zijn. 

Op mijn geboortedag was ik al aan het kruipen (ik kroop omhoog en rolde om), ik heb nooit stil kunnen zitten, ik ben hyperflexibel en heb een kort slaappatroon. Nog nooit van mijn leven ben ik ergens moe van geweest. Na 0:30 val ik in slaap en om 05:00 sta ik op.

Op school had ik 12 vakken gekozen, in plaats van een profielwerkstuk meerdere presentaties van wetenschappelijke onderzoeken gemaakt, projecten voor kunst en cultuur uitgevoerd en werd ik gewaarschuwd dat ik mezelf ooit tegen zou komen als ik zo door zou gaan. Op de universiteit werd ik door een studieadviseur gek aangekeken toen ik twee masters in één jaar wilde volgen. Mijn masterscriptie schreef ik in vijf weken. Ik heb niet lang nodig om informatie te verwerken en begrijpend lezen doe ik extreem snel. Mensen noemden me wel "laserogen".

Mijn leven wordt gedefinieerd door een extra snel bioritme. Ik kan niet tegen traagheid en ik heb geen geduld. Dat drukke en chaotische wordt als onvolwassen, onbeheerst en onrustig gezien. "Volwassen" omgevingen zijn rustig, opgeruimd en stil, maar vooral serieus. Zo kan ik niet zijn.

Ik heb nooit beseft dat ik werkelijk vatbaar ben voor onderprikkeling, maar het is toch echt zo. Ik lijd snel onder een gebrek aan intellectuele en fysieke uitdaging. Ik kan ook niet tegen stille omgevingen, gebrek aan levendigheid en chaos of chagrijnige mensen die iedere vorm van enthousiasme de kop indrukken. Mijn dag is echt totaal verpest als ik langdurig met een onverschillig iemand te maken heb. Het soort stilte dat volgt op "nah" en "mwoh" kan ik bijna niet verdragen. Dat doet me altijd denken aan mijn schooltijd.

Mijn schooltijd was heel naar, omdat hoogbegaafdheid werd uitgelegd als "desinteresse". Ik had altijd straf omdat mijn docenten dachten dat ik dwars was. Ik vond alles te makkelijk en had 8 uur lang niets te doen. Ik ging grappen vertellen of met een klasgenoot zitten kletsen en kreeg dan op mijn donder, "omdat ik anderen op zou stoken". Andere kinderen mochten op hun zesde leren lezen terwijl ik op de kleuterschool al twee talen kon lezen en schrijven en de tafels van 2 t/m 11 uit kon rekenen. Mijn schooltijd ging op aan wachten. Dat zou zelfs op de universiteit nog zo gaan. Wachten op de anderen omdat ik alles al onder de knie had. 

Het is erger dan verveling en bepaald geen luxeprobleem. Mensen doen alsof sleur en eentonige, niet-uitdagende verplichtingen bij het volwassen leven horen. Dat is omdat de meesten zich eraan verbinden en er niet (meer) los van kunnen breken vanwege een situatie van afhankelijkheid. 

Maar voortdurende onderprikkeling in strijd met je eigen ontwerp, pakt heel slecht uit. Ik kan niet tegen rust en stilte. Stilte en saaiheid zorgen bij mij juist voor snel afgeleid zijn en ongedurigheid. Ik kan mezelf niet zijn, omdat ik expressief en direct ben en behoefte heb aan contact met andere snelle praters. Niet aan hysterisch gekakel, want gekakel over onnozele onderwerpen is afschuwelijk. 

Op de universiteit was het niet uitdagend. Tijdens de verplichte hoorcolleges die 6 uur duurden, hoorde ik na een kwartier al niet meer wat de professor vertelde omdat mijn aandacht na een niet-pakkende opening en bespreking van te makkelijke stof totaal weg was. Ik probeerde alert te zijn, maar zitten en luisteren werkt bij mij niet.

Ik moet erbij zeggen dat ik absoluut niets heb tegen contact met mensen met een "introverte focus" die behoefte hebben aan rust. Als de persoon een prettig iemand is, dan maakt het me niet uit of diegene druk of rustig is. Mits ik maar wel geregeld contact heb met mensen die qua focus druk/temperamentvol zijn (niet om de tijd vol te lullen of om gedreven over te komen), want dan hoef ik mezelf niet 24/7 af te remmen.

Ik voel me leeggezogen en prikkelbaar als ik 's avonds in een leeg huis kom. Ook na een evenement of na een drukke dag heb ik behoefte aan een levendige omgeving of een thuis, niet aan alleen zijn in een straat waar mijn buren meestal bij hun familie zitten en er dus 0 gemeenschapszin of gezelligheid is.

Ik kan er zelf niets aan veranderen; ik sta om 04:45 op om te gaan werken, kom om 19:00 thuis, moet alles alleen doen en er zijn in mijn omgeving geen mogelijkheden om iets leuks te gaan doen. Ik kan niet zomaar verkassen naar een normaal huis, want ik ben met duizenden anderen om op woningen te bieden.

Soms is het wel gezellig. Dat is als mijn buren en ik buiten zitten te praten, met hun huisdieren erbij. Dan verandert de straat in een biotoop in plaats van een dode stad van cement. Helaas is het voor het merendeel van mijn vrije dagen zo dat mijn buren naar familie zijn. Mijn vrienden wonen te ver weg en ik mis de gezelligheid enorm als ik alleen ben.

Het is niet zo dat ik me afhankelijk stel van anderen; ik heb culturele activiteiten gezocht. In mijn regio is het ontwikkelingsniveau laag; er zijn geen leuke uitgaansgelegenheden, filmhuizen of dansgelegenheden. Ooit was het een echt recreatiegebied, dat is nu allemaal weg. Het liefst zou ik een échte danspartner hebben (voor wie ik ook gevoelens heb, anders vind ik het niet aantrekkelijk...).

Ik heb er de pest aan als mensen vanuit zichzelf voor mij invullen dat ik ook eens rust of vakantie moet nemen. Ook een ergernis is het, als mensen zeggen dat ik vast wel moe zal zijn als ik een lange dag heb gehad of aanvullend cursus en heb gevolgd en me dan actief ontraden om daarna nog iets te gaan doen. Voor mij is het tegenovergestelde slopend! Niet iedereen heeft behoefte aan rust. Het is geen bezinning om thuis te zitten en alleen te zijn, als je daarvoor totaal niet bedraad bent. 

Het leven doet voor mij onvoldoende appèl op mijn capaciteiten. Ik heb ook nooit hobby's gehad, omdat ik impulsief leef. Daarom heb ik op vrije dagen geen behoefte aan rust en hobby's, maar aan een bijbaan die fysiek en/of intellectueel wat te bieden heeft. Omdat een hoge fysieke "drive" heb, is fysiek hard werken bevredigend voor mij. Dat kunnen mensen niet rijmen met een academicus, maar stilzitten om te analyseren is voor mij juist een straf.

Direct doorhebben hoe de zaken en sociale verhoudingen zijn verdeeld- waarom "koudwatervrees" en "Het ijs breken" voor mij niet bestaan

Ik heb nog nooit van mijn leven iets echt spannend gevonden. Een eerste werkdag vind ik niet spannend, een presentatie vind ik niet spannend. Ik ken geen koudwatervrees. 

Uitspraken als "iedereen moet wennen", "het ijs moet worden gebroken" of "er komt veel op je af als je ergens nieuw bent", gelden niet voor mij. Ik zit anders in elkaar dan de meeste mensen. Ik neem in één seconde waar hoe de verhoudingen ergens zijn, of verandering mogelijk is, of dat mensen elkaar vasthouden in een rigide structuur waarin mensen proberen het hoofd boven water te houden en samen bijdragen aan een goede sfeer een illusie is. 

Ik weet ook heel fijn aan te voelen wanneer mensen niet bij me passen. Ik vraag me niet af wat anderen van me denken en vul niet voor een ander in hoe diegene oordeelt. Subtiele signalen geven aan of ik met anderen resoneer. Mensen die deze signalen niet opmerken, proberen zich te compromitteren aan de ander, net zo lang tot ze erachter komen dat ze elkaar niet echt aanvoelen. 

Dat razendsnel doorhebben van sociale cues is het tegenovergestelde van koudwatervrees. Dat is voor mensen die niet weten wat (sociaal) van ze wordt verwacht. Mensen die aan zichzelf twijfelen.

Aan een ander kan ik niet uitleggen hoe ik doorkrijg hoe iemand in elkaar zit. Het kan op de meest willekeurige momenten. Het komt ook niet door wat iemand doet, maar door wat diegene aan onbewuste signalen doorgeeft. 

Onconventioneel

Wat mensen onconventioneel aan mij vinden, is dat is geen excuus verzin als ik iets niet zie zitten. Omdat alles voor mij al snel te traag gaat, zeg ik het eerlijk als ik aanhik tegen een niet-verplichte bijeenkomst waarvan ik weet dat die te lang gaat duren.

Af en toe een compromis sluiten vind ik niet erg, maar ik weet heel goed in te schatten wanneer ik me rot ga ergeren. Als iets te lang duurt en het tempo te laag ligt, krijg ik de neiging om sarcastisch te worden en de zinnen van anderen af te maken. Dat is voor niemand leuk. Dus als mensen me een uitje proberen aan te bevelen en ik weet dat er te weinig fysieke activiteit of afwisseling zal zijn, zeg ik "nee!".

Ik heb dit altijd zo aangepakt. Ik heb nooit moeite gehad met "nee" zeggen. Het kan zijn dat mensen me daardoor als moeilijk zien. Dat ben ik niet. Ik ben juist heel erg flexibel, ik loop gerust een paar kilometer of handel iets af dat snel gedaan moet worden, ik ben een gesprekspartner, ik houd van snelle (en soms vileine) grappen, ik heb geen aanleg voor overspannen raken, ik ben gebouwd op zware omstandigheden waardoor het dagelijks leven in Nederland voor mij niet veeleisend is (mijn dna komt uit een land met barre omstandigheden).