donderdag 24 juli 2025

Wat ik niet weet

Eva en Katharina werden hier aan Nederlandse gezinnen afgestaan. Eva werd mishandeld en als slaaf gebruikt. Hoe het haar zus is vergaan, weet ik niet. Katharina zou later naar Canada emigreren en niet ouder worden dan 36 jaar. Ze liet een jong gezin achter.

Mijn oma en moeder zijn in Nederland relatief veilig opgegroeid, weg van het dictatoriale regime. Daarvoor hebben zij wel hun hele familiegeschiedenis uitgewist gezien. Van onze achternamen, onze taal en zelfs hun voornamen die zijn afgepakt, tot de uitwissing van onze lijn met het land van oorsprong.

Assimilatie. 

Tot aan ongeveer mijn achttiende wist ik nauwelijks iets over mijn familiegeschiedenis. Ik heb lang gedacht dat het normaal was om bijna geen familie te hebben. Mijn oma, Eva, heeft mij slechts 10 maanden meegemaakt. Mijn bewuste herinneringen gaan terug tot ná mijn eerste jaar. Ik kende dus alleen mijn moeder. 

Mijn oma heeft niet vaak gesproken over het verleden. Ze had wel Oekraïense en Russische attributen en had een band met de Slavische cultuur. Dat ze zweeg, had niet alleen te maken met het trauma van assimilatie. Ze werd hier ook immens gediscrimineerd. Als kind werd ze uitgemaakt voor "klote-Pool" en in de buurt waar ik ben opgegroeid werden we bestookt met anti-Slavische sentimenten. 

Mijn moeder had tot aan haar dood te maken met anti-Aziatisch racisme. Ik krijg niet dezelfde verwensingen naar mijn hoofd, maar ik wek wel regelmatig argwaan bij Nederlanders; ben ik een Rus?! Ben ik een Oekraïner? 

Tot het voorjaar van 2023 betekende etniciteit niet zo veel voor mij. Althans, ik dacht dat het niet uit zou maken. De realiteit is wel, dat ik de enige ben van mijn familie in dit land, dat ik niet weet waar in het (oorlogs)gebied mijn familie woont en dat ik geen gedeelde geschiedenis met iemand heb. Ik zou het niemand aan willen doen om ze zonder familie op de wereld te zetten. Natuurlijk weet ik dat mensen zeggen "Je kunt ook familie treffen met wie je geen band hebt".

In mijn geval mis ik iets heel belangrijks: het gedeelde temperament. Temperament, ongeduld, drukte, een spraakwaterval zijn, is iets dat ik tot nu toe eigenlijk alleen bij andere Oost-Europeanen herken. Thuis maakten wij altijd een hoop drukte en herrie voor die paar mensen. Mijn klep stond ook nooit stil. Dat is nu allemaal weg, omdat ik alleen ben achtergebleven. Heel onnatuurlijk. Alles bij elkaar ben ik nu al bijna twee jaar aan het bestaan. 

De uitzondering daarop kwam een paar dagen na haar dood, toen ik een nauwere band kreeg met iemand die dezelfde achtergrond blijkt te hebben. 

Ik keek vannacht naar de documentaire "Alles Goed", over Oekraïense vluchtelingen die een deel van hun familie moesten achterlaten en mannelijke familieleden in de oorlog hadden verloren. Mensen die in twee werelden leven. Ze leven hier in veiligheid, maar zijn niet compleet. Mannen die hun land verdedigen, zijn zich ervan bewust dat hun familie nóg een zoon en vader zal verliezen. Een oneindig dilemma.

Eén van de laatste fragmenten is heel heftig om te zien. Een moeder die er in Nederland het beste van probeert te maken, stort in als ze thuis in Oekraïne de gedenktafel van haar zoon ziet. Ze haalt haar man op om hem naar Nederland te brengen, omdat de familie niet nog meer verlies aan kan.

In Nederland zullen ze nog met veel onbegrip, vooroordelen en discriminatie te maken krijgen. Er zijn vanaf het officiële begin van de oorlog al aasgieren actief om deze groep uit te buiten. Voor sommigen is het nodig om ook deze groep te assimileren. 

Zo raken dictaturen, oorlogen, uitbuiting, mishandeling, het scheiden van families en assimilatie óók de volgende generaties weer diep in hun bestaan.


woensdag 16 juli 2025

Victim-blaming

Ik keek vroeger graag naar "Het Mooiste Meisje van de Klas". De titel van het programma wekte veel argwaan en zelfs ongebreidelde haat; één iemand als het "mooiste" typeren, alsof het om een bijzondere kwaliteit gaat, ligt gevoelig en is uiterst discutabel.

De werktitel was "Het Populairste Meisje van de Klas", maar dat was niet zo'n mooie alliteratie als Mooiste Meisje en bovendien was de kwalificatie "populair" net zo discutabel als mooi, getalenteerd of slim.  
Toch raakte de hele controverse gelijk de kern van het programma als vorm van human interest.

Bij de Mooiste Meisjes ging het in wezen niet om hun uiterlijk, maar om een combinatie van factoren die afgunst onder leeftijdsgenoten aanwakkerde. De meeste "mooie meisjes" werden intens gepest of geïsoleerd, hadden te maken met ingrijpende gebeurtenissen in hun gezinssituatie en kregen in hun volwassen leven wederom te maken met tegenslag en pesterijen. 

De reacties waren standaard:
- "Jongens, iedereen krijgt te maken met tegenslag, wat is hier zo bijzonder aan?";
- "Zo mooi is ze nou ook weer niet";
- "Ze was zelf uit op al die aandacht (als het om seksueel misbruik ging). Ze mag blij zijn dat de mannen nog naar haar omkeken". 

Ik trek de lijn door. Mensen die worden gestalkt, met misbruik of met pesterijen te maken krijgen, worden nog altijd gereduceerd tot een persoon die zelf schuld heeft aan wat hem of haar overkomt. Victim-blaming is zeer herkenbaar in de volgende reacties:

- "Je bent niet zó aantrekkelijk. Ik ken veel knappe mensen die nooit worden gestalkt, maar bewonderd";
- "Je komt vast over als kwetsbaar. Er zal wel iets zijn waardoor je altijd stalkers aantrekt/ongewenste aandacht krijgt van mensen die je niet kent";  
- "Doe niet zo dramatisch"; 
- "Het valt wel mee";
- Je bent toch uit op al die aandacht".

Pesten is een zeer algemeen verschijnsel. Anders dan de populaire opvatting wil, is pesten niet een persoonlijk fenomeen, maar overkomt het de meerderheid. Het varieert van pesten op school tot terreur door buren en pesten op de werkvloer. Soms zijn pesterijen zo subtiel dat het slachtoffer en de omgeving moeite hebben om ze als zodanig te identificeren. 

Wat het voor slachtoffers moeilijk maakt om hun verhaal te doen, is de victim-blaming waarmee ze altijd te maken krijgen. Met opmerkingen als "Doe niet zo dramatisch", "Het valt wel mee", of "Kennelijk heb je een bepaalde kwetsbaarheid" worden de ervaringen van een slachtoffer gereduceerd tot aanstelleritis. 

Waarom doen mensen aan victim-blaming?

1. Afgunst
De klassieker en een helaas onder volwassenen algemene factor in victim-blaming is afgunst. Vooral onder leeftijdsgenoten is victim-blaming een geliefd mechanisme om om te gaan met gevoelens van afgunst tegenover het slachtoffer. Stalking en/of pesterijen zijn niet iets om na te streven, maar dat geldt wel voor geliefde eigenschappen van het slachtoffer, die obsessanten hebben aangezet tot stalking of pestgedrag.  

2. Foutieve toeschrijving van de gevolgen aan het slachtoffer (negatieve associatie)
De negativiteit van stalking of pesten wordt al snel geassocieerd met het slachtoffer. Omstanders en betrokkenen zijn geneigd om de context van de pesterijen los te koppelen en de negativiteit toe te dichten aan het slachtoffer. Spreekt iemand openlijk over pesterijen of stalking, dan kan de negativiteit aan hem of haar gaan "kleven". Mensen zijn gewend om ongewenste onderwerpen weg te stoppen en negatieve situaties te overschrijven door een slachtoffer als verantwoordelijke aan te wijzen. 

Vaak hebben mensen moeite om hun beeld van de dader bij te stellen. Daders kunnen leuke gezinsvaders of - moeders zijn, ideale schoonzonen of schoondochters of op een andere manier de omgeving charmeren. Slachtoffers van seksueel misbruik, fysiek geweld en stalking worden al snel vermeden, omdat zij anderen met het negatieve karakter van de dader confronteren. 

3. Neiging om de orde te herstellen 

Slachtoffers die pesterijen op de werkvloer openbaren of openlijk over stalking spreken, gooien de illusie van een veilige cultuur overhoop. In een gesloten cultuur als de werkvloer weegt dit zwaarder. Het beeld dat iedereen slachtoffer kan worden is een beeld van willekeur. Zélfs als de meerderheid in een gesloten eenheid (opleiding, werkvloer, culturele groep) wordt gepest, proberen de individuele leden de illusie te bewaren dat hun gesloten eenheid moreel verdedigbaar en rechtvaardig is. 

Ieder slachtoffer wordt weggezet met "Zij is ook een wandelende klaagbaak", "Hij heeft nu eenmaal vaker steken laten vallen" of "Er is iets is in zijn persoonlijkheid waardoor hij pesterijen aantrekt". 
Het is de meest efficiënte manier om de orde te herstellen. 

4. De wereld bestaat uit toekijkers

Op de werkvloer staan mensen niet op voor pestslachtoffers, omdat hun eigen positie in gevaar kan komen. Een pestcultuur is een onveilige werkomgeving waarin ook anderen permanent alert moeten zijn. Iedereen kan immers het volgende slachtoffer worden. Pesters leven bij de gratie van een onveilige omgeving en verzamelen groepen van faciliteerders en toekijkers om zich heen. Toekijkers denken dat het hén niet overkomt, als ze zich maar op de vlakte houden. Sommigen gaan nog verder door geen sympathie voor het slachtoffer op te brengen, maar een excuus te vinden voor antipathie. Dan is er geen moreel bezwaar tegen het niet-ingrijpen of het niet bieden van steun aan een slachtoffer. 

Waarom is het belangrijk om pesterijen, stalking en victim-blaming bespreekbaar te blijven maken?
Voor slachtoffers die assertief genoeg zijn om zich uit te spreken en hun behoeften en gevoelens uit te drukken, is het een eenzame positie dat anderen geneigd zijn om hun ervaringen te reduceren tot iets waar ze zelf aandeel in hebben (gehad). 

Het positieve aan sociale mediaplatforms, is dat de emancipatie van pestslachtoffers kan worden doorgezet. Aan de andere kant is de afstand tussen zender en lezer zo groot en is de band tussen twee mensen op internet soms zo abstract, dat het juist makkelijker is om aan victim-blaming te doen.
Sociale media bieden een platform voor schadelijke clichés die hardnekkiger worden door veelvuldige, kritiekloze herhaling in de vorm van quotes. 

Al snel roepen anonieme mediagebruikers dat een slachtoffer van stalking "Kennelijk kwetsbaar overkomt, niet assertief genoeg is of een laag zelfbeeld heeft" en dat een pestslachtoffer "Kennelijk niet tegen gerechtvaardigde kritiek kan". 

Ik ben een mensenlezer en ik heb altijd feilloos door hoe mensen in organisaties functioneren en welke tactieken mensen gebruiken om anderen te isoleren. Wat ik hierboven heb beschreven, zijn mijn bespiegelingen over wat zeer algemeen in organisaties en andere gesloten culturen als onderwijsorganisaties voorkomt. Pesterijen vormen altijd hetzelfde patroon, omstanders reageren altijd op dezelfde manier en dezelfde excuses worden gebruikt om het "weg te denken". 

Wat ik ermee doe, is niet alleen "blabla". Ik heb het ook daadwerkelijk voor slachtoffers opgenomen. Niet om te deugen, maar omdat ik het ontzettend laf vind om erop toe te zien en de pester te faciliteren. Dat is me niet in dank afgenomen. Meerdere keren ben ik zelf het slachtoffer geworden omdat ik opstond tegen pesterijen. Ik heb er geen spijt van. Ik heb nooit gedacht "Had ik maar niet mijn mond opengetrokken". 

 

vrijdag 4 juli 2025

(No) Loneliness

'Is loneliness the same as depression?'

A popular question that implies how misunderstood loneliness often is. Reasonably so, as there are different shapes of loneliness.

As I think I have a valuable contribution to this taboo topic (speaking freely to lift the unnecessary taboo), I can tell from a personal account what loneliness does and does not mean to me.

As a child and a young teen, I was never alone. I was surrounded by friends day and night, all year long- except for casual holidays. I was never into introverted activities. Neighbors would hear loud laughter when I had fun with my friends. It would not appear to me that it would be so different, years later.

Then came adolescence. I was generally well-liked, but had no friends in high school as I was not part of any female clique. Some girls did not like me. I was not bullied in a classic sense, but had to deal with peer envy nontheless. Girls spread rumors about me, that a 12-year-old (me) underwent plastic surgery to get large boobs and that I was on the verge to steal boyfriends. Gossip is unintelligent. I was not bothered with gossip at all. Even that set me apart. Girls thought I had a huge ego for not joining their mean games.

People tend to think of lonely people as people who are shy, quiet, who have an introverted focus, who avoid being the centre of attention. None of this applied or applies to me. I'd jump right on the train first thing in the morning (5:00) to meet new people, loud events don't exhaust me and I have the energy to be the last one to leave a party. I have been described as "ADHD", a speed skater on a floor of figure skaters or a racing car. I know very few people can handle my biorhythm. My close friends can! 

While I never longed to be part of a group, I severely missed companionship. I went to a psychologist. He assured me that loneliness was equal to depression. He set up a meeting with depressed peers. 

That was where I noticed a stark contrast: despite popular stereotypes, these depressed youngsters were not sad, but lethargic. They would be low on energy, while I burst from energy throughout life. I have never been "down" or low on energy. 

I did not recognize their accounts on feeling inadequate and guilty either. We had nothing in common, except for our longing for good friendship(s).

I can pinpoint exactly what was missing from my life and still pains me. I have an outward focus, by nature and temperament. I feel restless without activity going on and I need some level of noise. By contrast, I feel restless when my surroundings are quiet and calm and there are no opportunities to "flirt" with people. My loneliness in groups occurs when I don't have no one to talk to or when we don't match at all. 

My ideal world is having lots of friends who cover different aspects of life and various topics of interest. For example, friends who love to indulge in music and dance, urbex, cinema, but most of all, someone who loves joking and fooling around for fun (I'd love a partner to crash parties with).

Just a couple of years after visiting this psychologist who could not understand what loneliness meant to me, I would be surrounded by male friends in IT. I seemingly have a male-like, uninhibited sense of wit. This was my ideal place. I felt at home being in their company all day. I still miss those times after changing my major course.

As of 2025, I have a few good friends. I had to bury a friend, which is very sad and confusing. We have been close during an intense time. I have other friends I have long phone conversations with, as they live at a great distance from me. But at "home" during the weekends, when most people head out to their families, I am alone and lonely. I lost my family and my home.

I was made for continuous company. It is still not well understood that some people, including me, easily become lonely and uninspired when not being surrounded by meaningful or enjoyable company. Not everyone is wired for what some like to call "alone-time", as if that is something we all should cherish.

It seems to be hip to put lonely people away as weak-minded, as if they just suffer from not being able to enjoy solitude. That view dismisses human design: an innate desire for connection, where not just anyone will do.

Meaningful connection is not easy to achieve; it can be a lifelong, consuming quest to find those people who really suit you. The same holds good for romantic relations: one does not feel attracted to random people with a bit of a brain and favorable physical traits, it is a subtle process of sensing a multitude of factors in a potential mate.

People with a very narrow, simple view on life, often repeat 'Reach out and you will find friends', 'Find a hobby', 'Go volunteer' or 'Learn to enjoy your own company'. The worst is the unsolicited advice to adopt a pet. However loveable, animals should not be adopted overnight to replace human connection.

Foremost, in understanding loneliness, it should be taken into consideration that friendships depend on attraction, intelligence, energy, biorhythm, humor and empathy, but cultural and economical aspects may be decisive as well.

I, for one, speak with lots of random people during events, strangers strike conversations with me, I easily mingle during events. I am told that I have an open personality, that people feel calm in my company even if I can be chaotic. I notice that one does not need to "break the ice" with me. In other words, I attract people. But that does not mean that I have enough (lots of) friends. 

I live in the suburbs where recession hit hard. Life is rough, people are cold, harsh and uninterested. They tend to be increasingly egotistical. There is a lot of violence in my neighborhood. There is no actual sense of community, other than that I befriended a few neighbors. Nothing is quite enjoyable in the socially deplorable state where I reside. My friends live in the upper-state suburbs and it always amazes me how I immediately felt at home, there.

That is what brings me to the different shapes of loneliness: one can be lonely, trapped, undervalued and misunderstood in a marriage and misplaced in the workplace- or in friendships that are not right. 

Situational loneliness is often not just a matter of perception. I have been alone for days on end when everyone let me down after my personal loss. Former friends did not want to be confronted with the "cancer scare"; losing a loved one to cancer often scares off "friends". It enraged me to be let down like that during hardship. Many people are actually disappointing and- honestly- cowards. But not all are! I have met just as many people who did mean well. Honest people.

Also, to me, hobbies are not what makes life worth living. My loved one was. And friends season my life. Human connection is the backbone of life. Hobbies, stuff and professional gains are not.